Briljante denkgeest

Geplaatst op 13 augustus, 2009 

De woorden ‘niet’ en ‘nooit’ vind ik toch wel aardig bizar. Het universum kent ze niet, onze denkgeest ook niet (denk maar eens niet aan chocolade ijs en waar denk je dan ineens aan? Juist, aan chocolade ijs) en toch heeft onze denkgeest die woorden uitgevonden.

Rara hoe kan dat? Hoe kan onze denkgeest woorden uitvinden die het zelf niet herkent? En zou dat ook voor andere woorden gelden, dat onze denkgeest ze wel heeft uitgevonden maar niet herkent?

Ik hou het er maar op dat onze denkgeest zo uitermate briljant te werk gaat dat het zelfs dingen kan uitvinden die het niet herkent. Dat het iets heeft uitgevonden en dan zegt ‘Wow, te gek dat ik dit heb uitgevonden! Maar wat is het eigenlijk?’

(Geïnspireerd door ‘Vrolijk‘, een blogpost van Petra Maartense)

Bewaard onder Communicatie, Mening | 2 Comments

Tags: , , ,

Geweldloze Communicatie: kritieken

Geplaatst op 27 juli, 2009 

Op de website van de ‘NLP Kring Nederland’ las ik een artikel waarin enkele bezwaren worden geuit aan het adres van Geweldloze Communicatie. Bezwaren en kritieken zijn bijzonder nuttig omdat ze bijdragen aan reflectie op het gedachtegoed van Geweldloze Communicatie en omdat bezwaren en kritieken kunnen bijdragen aan het dynamische karakter van het gedachtegoed.

Ik vind het daarom interessant om in dit artikel naar die bezwaren te kijken. Ik koppel de bezwaren los van de vergelijking van Geweldloze Communicatie met NLP omdat het me alleen gaat om het gedachtegoed van Geweldloze Communicatie en niet om NLP.

Bezwaar 1: Geweldloze Communicatie beperkt de communicatiemogelijkheden.

Ik ben het gedeeltelijk met de schrijver eens dat je bij communicatie alle mogelijkheden die communicatie biedt moet leren benutten. Ik vertaal dit graag naar: doe wat werkt! De vraag is alleen: waartoe zet je al die mogelijkheden in, wat is je doel? Als je bij de bakker een brood bestelt communiceer je anders dan wanneer je solliciteert naar een nieuwe baan. Je sluit bij je communicatie niets uit maar kiest de communicatie die werkt in een specifieke situatie. Als ik in Engeland ben spreek in Engels en als ik in Nederland ben spreek ik Nederlands omdat dat werkt.

Het doel van de communicatie bepaalt de middelen, de vaardigheden om die middelen te hanteren dragen bij aan het resultaat van de communicatie. En de ander loopt daar als een rode draad doorheen want communiceren doe je niet alleen.

Over het doel van Geweldloze Communicatie zegt de website www.cnvc.org het volgende:

Nonviolent Communication (NVC) is sometimes referred to as compassionate communication. Its purpose is to:

  1. create human connections that empower compassionate giving and receiving
  2. create governmental and corporate structures that support compassionate giving and receiving.

NVC involves both communication skills that foster compassionate relating and consciousness of the interdependence of our well being and using power with others to work together to meet the needs of all concerned.

Als je wilt communiceren vanuit deze doelstelling, dan kies je de middelen die je helpen dit doel te realiseren. Het door Marshall Rosenberg ontwikkelde model van Geweldloze Communicatie kan daarbij een nuttig hulpmiddel zijn.

Wil je en kun je dit doel bereiken door andere hulpmiddelen in te zetten dan het model van Geweldloze Communicatie, dan is dit prima! Ik zou het toejuichen als over deze middelen wordt gepubliceerd zodat iedereen die ervoor open staat ervan kan leren.

Wil je communiceren vanuit een andere doelstelling, kies dan de middelen die je helpen die andere doelstelling te realiseren. Misschien laat je het model van Geweldloze Communicatie dan links liggen zoals wanneer je bij de bakker een brood bestelt.

Het draait om keuzes en om de consequenties van die keuzes. Als je van balsport houdt en je werkt graag met je voeten, dan ga je voetballen. De consequentie is dat je bij het voetballen je handen niet gebruikt. Hou je van balsport en werk je graag met je handen, dan ga je handballen. De consequentie is dat je bij het handballen je voeten niet gebruikt.

Maar om dan voetbal een balsport te noemen met een beperking omdat je je handen niet gebruikt…..? Of om handbal een balsport te noemen met een beperking omdat je je voeten niet gebruikt….? Nee, daar ga ik niet in mee.

En wat betreft de communicatieve efficiëntie waar de schrijver het over heeft: als je bij het voetballen toch je handen gebruikt, dan ben je juist niet efficiënt omdat het spel wordt stilgelegd voor een vrije trap. Ga je bij het handballen toch je voeten gebruiken, dan ben je juist niet efficiënt omdat het spel wordt stilgelegd voor een vrije worp. Ben je bij de bakker en vertel je hoe je je voelt, wat je nodig hebt en doe je de bakker een verzoek jou een brood te verkopen, dan ben je minder efficiënt qua tijdsbesteding. Ben je op een sollicitatiegesprek en zeg je: ‘Die baan graag’, dan ben je minder efficiënt qua kansen op die baan.

Effectief in communicatie ben je naar mijn idee als je:

  1. Je doel kiest.
  2. De middelen kiest die bijdragen aan dat doel.
  3. De vaardigheden ontwikkelt om die middelen in te zetten.

Terug naar de vraag: beperkt geweldloze communicatie de communicatiemogelijkheden? Nee, Geweldloze Communicatie is gewoon één van de vele mogelijkheden waaruit je kunt kiezen. Die keuze maak je aan de hand van het doel dat je wilt bereiken.

Bezwaar 2: de term Geweldloze Communicatie is inconsistent

Daar ben ik het mee eens. Maar om de inconsistentie van de benaming aan te grijpen om tegen Geweldloze Communicatie te zijn is voor mij net zoiets om tegen voetbal te zijn omdat het woord voetbal impliceert dat je het alleen met je voeten speelt terwijl je bij het voetbalspel je hele lichaam mag gebruikten behalve je armen en handen.

Het is naar mijn idee een misverstand te denken dat geweldloze communicatie betekent communiceren zonder te oordelen. Oordelen zijn een gegeven. Of we ze nou wel of niet uitspreken, oordelen doen we allemaal. Wat Geweldloze Communicatie doet is de oordelen herkennen en vertalen naar behoeften. Geweldloze Communicatie oordeelt niet over een oordeel en benut juist het oordeel door de onderliggende behoefte op te sporen.

In het voorbeeld van de schrijver waarbij iemand claimt geweldloos te communiceren kan ik deels meegaan omdat ik denk dat geweldloos communiceren als zodanig niet bestaat. Zie het artikel ‘Geweldloze Communicatie bestaat niet‘. Wat geweld is, is een persoonlijke perceptie. Geweld als zodanig bestaat niet, het bestaat alleen in iemands persoonlijke beleving. En dat is afhankelijk van de persoon en de situatie. Zo kun je een stomp in iemands maag als gewelddadig ervaren maar die zelfde stomp in een boksring is ineens sport. Iemand kan van zichzelf de beleving hebben geweldloos te communiceren en tegelijkertijd kan de ander die bij de communicatie is betrokken dezelfde communicatie als geweld ervaren.

De term Geweldloze Communicatie wil niet zeggen dat je geweldloos kunt communiceren, wel dat je kunt communiceren volgens het model van Geweldloze Communicatie. En hoe je dit ervaart of hoe de ander dat ervaart is een persoonlijke perceptie.

Terug naar de vraag: is de term geweldloze communicatie inconsistent? Ja, en wat dan nog?

Bezwaar 3: Geweldloze Communicatie is een model en modellen hebben ongezonde neveneffecten.

Geweldloze communicatie is geen model maar een proces. Wat de schrijver bedoelt is het model van Geweldloze Communicatie dat een hulpmiddel is bij het proces. Het model van Geweldloze Communicatie is inderdaad een model. Een model dat bedoeld is als hulpmiddel en dat kan bijdragen aan het doel van Geweldloze Communicatie.

Onze taal is ook gebaseerd op een model: het alfabet. Met dit alfabet kunnen we woorden maken en elkaar de prachtigste en de verschrikkelijkste dingen zeggen. Maar om dan het alfabet af te wijzen omdat het ongezonde neveneffecten kan hebben? Nee, daar ga ik niet in mee.

Het model is één ding en hoe je het inzet en toepast is een ander ding.

Terug naar de vraag: kan het model van Geweldloze Communicatie ongezonde neveneffecten hebben? 1. Nee, het model op zich niet omdat het model het model is, gewoon een paar hulpmiddeltjes op papier. 2. Ja, hoe iemand het model toepast kan ongewenste neveneffecten hebben als het bijvoorbeeld wordt gebruikt als een op zichzelf staand trucje in plaats van dat het in dienst staat van de doelstelling van Geweldloze Communicatie.

Slot

Kies de communicatie die voor jou werkt. Als dat Geweldloze Communicatie is: prima! Is dat een andere manier van communiceren: ook prima! Doe wat werkt.

Bewaard onder Communicatie, Mening | Reageer

Tags: , , ,

6,5 miljard verschillende talen

Geplaatst op 7 juli, 2009 

Er bestaan op aarde bijna zevenduizend verschillende talen. Als je een beetje over de grens leeft, door te reizen of via internet/radio/tv, dan is de kans groot dat je te maken krijgt met mensen die je niet kunt verstaan en die jou ook niet kunnen verstaan. Dan kan het lastig zijn jezelf verstaanbaar te maken en om de ander te verstaan. Met handen- en voetenwerk kom je een heel eind, maar om elkaar ook wezenlijk te verstaan, het wezen in jezelf verstaanbaar te maken en het wezen in de ander te verstaan, daar is meer voor nodig.

Blijf je binnen de grenzen van een land, of binnen de grenzen van een regio, dan kun je  jezelf in dat land of in die regio verstaanbaar maken en kun je ook andere mensen verstaan. Om elkaar wezenlijk te verstaan is meer nodig dan dezelfde taal te spreken. Vrijwel direct na de geboorte beginnen we een taal te leren, eerst wat onsamenhangende geluiden en later woorden die andere mensen kunnen verstaan. Die woorden worden zinnen en hoera!, we spreken een taal.

Naarmate we ouder worden leren we een heleboel nieuwe woorden. Woorden die een ander, die wel diezelfde taal spreekt, misschien niet kent. Veel beroepen en ook hobby’s hebben zo hun eigen taaltje. Buiten een selecte groep mensen kom je niet ver met die jargontaal.

Behalve dat we meer woorden leren die een ander misschien niet kent, gebeurt er nog meer met onze taalontwikkeling. Woorden, zinnen en klanken, krijgen een persoonlijke betekenis, afhankelijk van de herinneringen en emoties die ze oproepen. Bij de één roept het woord ‘kerk’ herinneringen op van samen zingen, wierrook en kaarsen, roept het een beleving van sfeer en samen zijn op. En bij de ander roept het herinneringen op van schuld, schaamte en zonde, roept het de beleving van manipulatie op. Als twee mensen met een zo uiteenlopende woordbeleving het over ‘kerk’ hebben, dan is het een hele toer elkaar wezenlijk te verstaan.

Zo kent iedereen aan woorden zijn of haar eigen geur- kleur- en smaakstoffen toe in de vorm van herinneringen, interpretaties, associaties, oordelen en emoties.

En dan is er nog ons karakter en persoonlijke voorkeur voor hoe we taal toepassen en inzetten. De één is graag meteen to the point en de ander houdt van een verhalende inleiding. Iemand die van een verhalende inleiding houdt om op zijn/haar gemak te komen in het gesprek, kan schrikken als hij/zij geconfronteerd wordt met iemand die meteen to the point komt. En andersom, iemand die graag meteen to the point komt omdat dit voor hem/haar efficiency brengt, kan na een paar minuten de aandacht verliezen als hij/zij geconfronteerd wordt met iemand die eerst een verhalende inleiding houdt.

We spreken op aarde geen zevenduizend talen. Was dat maar waar! We spreken op aarde bijna zes en een half miljard verschillende talen: elke bewoner van de planeet zijn of haar eigen taal! En met die eigen taal moeten we het voor elkaar zien te krijgen om wezenlijk contact te maken, wezenlijk verbinding, onszelf wezenlijk verstaanbaar maken, de ander wezenlijk verstaan.

Als je ophoudt als vanzelfsprekend aan te nemen dat de ander jou verstaat zoals je verstaan wilt worden en dat jij de ander verstaat zoals de ander verstaan wil worden, dan zet je al een belangrijke stap.

De paradox is dat als je je bewust bent van die verschillen, die zes en een half miljard unieke talen, dat het gemakkelijker wordt om te communiceren. Als je tenminste wezenlijk nieuwsgierig kunt zijn naar jezelf en de ander. Oh ja, en bewustzijn is ook erg handig. En dan is het soms nog een worsteling.

Bewaard onder Communicatie | 3 Comments

Tags: , , , ,

Geweldloze Communicatie bestaat niet

Geplaatst op 10 juni, 2009 

Breaking news voor al diegenen op wie de term ‘Geweldloze Communicatie’ werkt als een rode lap op een stier: Geweldloze Communicatie bestaat niet!

In de term Geweldloze communicatie’ klinkt een ontkenning door: geweldloos = zonder geweld. En het menselijk brein kan maar moeilijk uit de voeten met ontkenningen. Denk maar aan het voorbeeld dat iemand je vraagt  om niet aan een roze olifant de denken. Guess what?…..je denkt aan een roze olifant.

Geweldloze Communicatie, zo lees en hoor ik regelmatig, is communicatie vrij van oordelen. En ik zeg dat communicatie zonder oordelen niet bestaat. We hebben oordelen over onszelf en oordelen over de ander. We hebben oordelen over van alles en nog wat ook al doen we nog zo ons best.

En nu nog meer breaking news: dat is prima! Het doel van Geweldloze Communicatie is niet om vrij te zijn van oordelen. Geweldloze Communicatie is een prima hulpmiddel om oordelen, die van onszelf en/of van de ander, te vertalen naar behoeften. Oordelen zijn vaak expressies van onvervulde behoeften. Als ik op de fiets rijd en ik moet keihard in de remmen omdat een automobilist mij niet ziet, dan schrik ik en roep of denk ik misschien ‘klootzak!’. Het oordeel ‘klootzak’ wijst op mijn behoefte aan veiligheid.

Onze taal zit vol geweld. Misschien omdat onze taal is uitgevonden door mensen vol innerlijk geweld. Geweldloze Communicatie is niet geweldloos maar helpt eigen verantwoordelijkheid te nemen voor de beleving van geweld bij jezelf en de ander. En wat je dan ter beschikking staat is het model van Geweldloze Communicatie. Want dat bestaat wel.

Bewaard onder Communicatie, Mening | 1 Comment

Tags: , , ,

Proceswoorden

Geplaatst op 9 juni, 2009 

Onze taal kent allerlei soorten woorden zoals zelfstandige naamwoorden en werkwoorden. Er zijn woorden die ik mooi vind en woorden die ik minder mooi vind.  Er zijn ook woorden waar ik me aan erger zoals het werkwoord loslaten. Wat vind ik het vreselijk als ik iemand hoor zeggen: ‘Laat het toch los’. In spirituele kringen is loslaten het toverwoord en ik raak er niet door betoverd. Integendeel. Hoe komt dat?

Loslaten in de zin van ‘laat het toch los’ klinkt voor mij als iets wat ik kan doen met een begin en een einde. Als ik het werkwoord fietsen gebruik en ik zeg dat ik ga fietsen, dan is er een duidelijk beginpunt waar ik begin met fietsen en een eindpunt waar ik klaar ben met fietsen. Met loslaten werkt dit niet zo.

Als ik bezig ben iets los te laten dan ben ik er nooit mee klaar, ik ben eigenlijk altijd wel bezig met loslaten. Loslaten verloopt in fasen, net zoals rouwen. Loslaten en rouwen hebben voor mij vaak dezelfde betekenis.

Loslaten is wat ik noem een proceswoord. Een proceswoord is voor mij een woord dat een proces weergeeft. Loslaten is een proces. Een proces drukt voor mij een beweging uit, een ontwikkeling. Loslaten is afwikkelen. Loslaten is afpellen zoals de schillen van een ui. Telkens als ik een laagje heb afgepeld is er weer een ander laagje.

Ik kan daarom gerust zeggen dat ik nog helemaal niks heb losgelaten in de zin van dat ik klaar ben met loslaten. En ik kan ook zeggen dat ik voortdurend bezig ben alles los te laten.

Zelfs ontkenning en boosheid zijn onderdeel van het proces van loslaten. Dus als ik me ergens boos over voel hoeft niemand me te zeggen ‘laat het los’ want daar ben ik op dat moment juist mee bezig!

Een ander voorbeeld van een proceswoord is voor mij het woord authenticiteit. Authenticiteit is voor mij een proces. Ik ben er altijd mee bezig en nooit mee klaar.

Onze taal zit namelijk hier en daar nogal gammel in elkaar. Onze taal is net een trechter waar de rijke werkelijkheid doorheen geperst moet worden om in woorden te kunnen uitdrukken. En dan gaat er wel eens wat verloren.

Bewaard onder Communicatie, Mening | 3 Comments

Tags: , ,

Elke dag bloemkool

Geplaatst op 14 juni, 2008 

Taal is het instrument waarmee de schrijver zijn verhaal vertelt. Taal is alleen maar een stuk gereedschap zoals de hamer het gereedschap is waarmee de timmerman de spijker het hout in ramt. Is de hamer heilig? Nee. Is de taal heilig? Nee. Heilig is wel de ziel van het verhaal.

Wat maakt Paulo Coelho tot één van de meest gelezen en succesvolle schrijvers van deze tijd? Niet zijn taalbeheersing. Wel zijn verhalen waarmee hij wereldwijd miljoenen mensen inspireert.

Onlangs hoorde ik een paar schrijvers over hun ergernis dat er in de Nederlandse taal steeds meer Engelse termen worden gebruikt. Vraag: eten deze mensen dan elke dag Hollande kost? Komt de bloemkool dan op een gegeven moment niet uit je oren gespoten?

Bewaard onder Schrijven | Reageer

Tags: , ,

Taalvoorspelling

Geplaatst op 30 mei, 2008 

Onze taal kenmerkt zich door een groot aantal zelfstandige naamwoorden waar we allerlei dingen mee aanduiden. We zijn goed in het uitvinden van nieuwe zelfstandige naamwoorden want we labellen en etiketteren er graag op los. Bij alles wat we zintuiglijk waarnemen hebben we meteen een etiketje paraat en de essentie van hetgeen we waarnemen gaat aan ons voorbij. 

Eckhart Tolle gebruikt het voorbeeld van de honing. Je kunt alles weten over honing, je kunt op het onderwerp honing afstuderen en precies weten wat de chemische samenstelling is van honing. Maar dit weten is alleen maar een mentaal concept van honing. Op een dieper niveu weten wat honing is betekent de honing ook echt proeven, ermee samensmelten.       

Nu we groeien in bewustzijn is het steeds meer gedaan met de hegemonie van onze linker hersenhelft. Omdat onze linker hersenhelft belangrijke functies heeft bij het spreken en begrijpen van taal, zal onze groei in bewustzijn merkbaar zijn in onze taal. Er zullen meer werkwoorden komen omdat veel van de dingen die we als ding benoemen eigenlijk processen zijn. Zo zeggen we wel eens dat liefde en God werkwoorden zijn. Op de vraag ‘Wat ben je aan het doen’ kun je straks antwoorden ‘Ik mens’.

Bewaard onder Mening | Reageer

Tags: , ,

Hen en hun

Geplaatst op 13 januari, 2008 

Vorige week werd ik op een netwerkbijeenkomst voor startende ondernemers door iemand aangesproken op mijn taalgebruik. Ik had haar verteld dat ik als tekstschrijver samen met andere ondernemers een nieuwe weblog ga beginnen.

Mijn gesprekspartner vroeg mij of ik Nederlands had gestudeerd. ”Nee, ik heb geen Nederlands gestudeerd”. Ze vervolgde: “Ik ga je iets zeggen dat je misschien niet zo leuk vindt maar ik ga het je toch zeggen: je zei hun in plaats van hen“. In mijn betoog over de nieuwe weblog had ik blijkbaar ‘hun’ gezegd in plaats van ‘hen’ toen ik het had over mijn partners.

Mijn inschatting is dat zij de aanname heeft dat een tekstschrijver: a) Nederlands heeft gestudeerd en b) perfect Nederlands schrijft en spreekt. Aannames: we hebben ze allemaal. Soms bewust, veelal onbewust. Aannames waar we ons niet van bewust zijn kunnen ons in de weg staan.

Zo had ik zelf ook de aanname dat een tekstschrijver de taal perfect moet beheersen. De woorden perfect en moet vormen samen een giga-valkuil waar ik dan ook pijnlijk in gestapt ben. Ik was gestart als tekstschrijver en kreeg geen letter op papier omdat ik voor mezelf een maatlat had gelegd waar ik niet mee door de bocht kon. Ik heb gemerkt dat hoe meer ik mezelf toesta minder dan perfect te schrijven, hoe meer plezier ik er in heb om te schrijven.

Plezier, daar gaat het om. Dat is mijn aanname.

Bewaard onder Persoonlijk, Schrijven | 5 Comments

Tags:

← Vorige pagina