Buurtdemocratie

Geplaatst op 22 augustus, 2013 

In Aken lopen we over een gezellig pleintje. Het is rond, ik schat ongeveer 15 meter in diameter, en helemaal omringd door flinke bomen die het plein beschermen tegen de hitte. Rondom staan ook een aantal zitbankjes.

Kijk, dit is nou zo’n prachtig pleintje waar buurtbewoners elke twee weken even een uurtje samen kunnen komen om met elkaar te bespreken hoe het in de buurt gaat, wat er naar wens gaat, wat men graag anders wil en hoe men dat gaat doen.

In elke buurt is wel een pleintje of een andere plek waar buurtbewoners regelmatig de gang van zaken in de buurt kunnen bespreken om ook echt iets te doen om het leven in de buurt nog aangenamer te maken. Samen voor de eigen buurt staan, volgens mij is dat democratie zoals het bedoeld is.

‘En wat ga jij hiermee doen?‘ vraagt hij me. ‘Ik ga erover bloggen‘ zeg ik.

Bewaard onder Mening | Reageer

Tags: ,

Wie is hier de echte stakker?

Geplaatst op 19 augustus, 2013 

Je hebt in Aken twee soorten bedelaars.

De eerste zit stilletjes in elkaar gedoken op een trapje een beetje te shoegazen. Ze maken geen oogcontact en spreken je ook niet aan maar hopen dat je ze wat geeft omdat: 1. zij er ellendig uitzien en 2. jij, toerist, net uit de Dom komt en daar hebt gebeden als een heilige te gaan leven.

De tweede soort is een stuk interessanter om te observeren. Dit is de categorie acteurs die de kunst verstaan in minder dan 30 seconden een perfecte sales pitch neer te zetten en die op meesterlijke wijze te ondersteunen met hun lichaamstaal.

Vanaf een afstandje zie ik er eentje bezig. Tweede categorie, meteen duidelijk. Zodra hij iemand aanspreekt zakt zijn hoofd en nek een paar centimeter weg in zijn romp en kantelt zijn bovenlichaam een paar graden voorover zodat het net is alsof er ineens een enorme last op zijn schouders is gevallen. Tijdens het praten gaan de handen de lucht in met de handpalmen naar boven gericht wat het slachtoffergehalte zeer ten goede komt.

Ik kan zijn sales pitch niet verstaan maar de man met wie hij zijn unique selling points deelt  is onder de indruk. Hij  pakt zijn portemonnee, haalt er een bankbiljet uit en geeft het aan de bedelaar. Ik kan niet zien hoeveel het is. Het zou vijf Euro kunnen zijn maar ik vermoed dat het meer is want de man is nog maar net vertrokken of ik word getuige van een prachtige show.

Het is net alsof bedelaar zijn lichaam uitklapt of opblaast want hij wordt groter en breder. Hij lacht en balt zijn vuisten. Hier wordt een feestje gevierd. Hij heeft geen oog meer voor potentiële klanten maar trekt zijn bovenkleding uit en gaat op een bankje push-ups en sit-ups doen. Uit het aantal concludeer ik dat hij dit vaker doet. Dan staat hij op en maakt wat boksbewegingen in de lucht. Een lantaarnpaal wordt zijn sparring partner om wat karatetrappen en stoten te oefenen. Hier en daar herken ik ook wat Tai Chi oefeningen.

Hij is zeker een kwartier bezig als hij zijn kleren weer pakt en wegloopt.

Eerste gedachte: die gaat nu ergens zijn geld opzuipen. Maar ik denk niet dat hij dat gaat doen, daar is deze meneer te slim voor. Nee, mij zal het niet verbazen als hij naar de Sparkasse om de hoek loopt om zijn buit op een riante bankrekening te storten of in aandelen te beleggen. Om daarna naar huis te gaan, te douchen en een strak pak aan te trekken waarna hij naar kantoor gaat om nog een paar uurtjes te doen alsof hij werkt. Hij lacht er stilletjes om zijn collega’s die een hele week moeten werken voor wat hij in een middagje bedelen verdient. Voor het geld hoeft hij dit werk op kantoor niet te doen, hij doet het voor de lol om de echte stakkers aan het werk te zien.

Bewaard onder Verhaaltjes | 6 Comments

Tags: , , ,

De marketingvrije zone

Geplaatst op 16 augustus, 2013 

Aan de overkant van de straat ligt een kleine oase. Het is een marketing- en verdienmodelvrije zone (tenzij je in de reclame uiting die nonchalant tegen een boom staat geparkeerd per se serieuze marketing wilt herkennen).

Telkens als ik heb bord zie, moet ik lachen. Volgens mij stopt geen enkele toerist of voorbijganger voor een item op deze ‘prijslijst’ en toch zit het er altijd vol. Dat begint ’s morgens al vroeg met koffiedrinkers en dat verschuift redelijk snel naar liefhebbers van een biertje.

Vanaf deze oase ziet de wereld er heel anders uit en daarom hou ik zo van deze plek. Het zou best eens zo kunnen zijn dat het schouderophalen hier is uitgevonden want hier laat niemand zich gek maken. En al helemaal niet door marketeers.

Toeristenmenu

Bewaard onder Fotobloggen | 2 Comments

Tags: ,

Hier heeft dus iemand een workshop verdienmodeldenken gegeven

Geplaatst op 15 augustus, 2013 

Ik bestel wat ik al jaren bestel: bami goreng met kipsaté en extra satésaus. Bam, da’s pas lekker na een koninginnenrit.

Vroeger kon ik er altijd buiten op het terras eten wanneer ik maar wilde. Er was altijd wel plek. Buiten stonden wat ronde wiebeltafels en het eten werd geserveerd op een bord dat uit mijn oma’s kast leek te komen. Een gezellig eetcafésfeertje. En de bami goreng was van de buitencategorie.

Vorig jaar waren de ronde wiebeltafels ineens verdwenen. Vervangen door nieuw meubilair. Het zag er degelijk uit, dat wel, maar het hele terras stond ineens overvol. Er waren, ik doe een voorzichtige schatting, twee keer zoveel zitplekken gecreëerd dan in de tijd van de ronde wiebeltafels. En er was een nieuwe overkapping boven het terras. Ook heel degelijk. Weg nostalgie van het juiste tafeltje weten te kiezen waar je droog blijft als het gaat regenen.

Maar vooruit, ik ben verliefd op die bami goreng dus ik plan ’s avonds wat later te eten zodat het er niet meer zo druk is met mensen die er vroeger nooit kwamen. Ik slaag in mijn opzet want ik zit alleen aan een 8-persoons tafel die op een plek staat waar vroeger één 4-persoons wiebeltafel stond.

Ik bestel zonder kaart te zien. Ik heb er zin in.

Dat kan niet meneer want dat is een lunchgerecht.

Maar dat eet ik hier altijd, al jaren.

We hebben een nieuwe kaart meneer.

Nou vooruit, geef me de kaart dan maar even.

En ik kijk. En nog eens en nog eens. WTF, mijn bami goreng is ineens een lunchgerecht geworden. Ik zoek iets uit dat er op lijkt en open alvast mijn schriftje voor wat later een blog gaat worden.

Dan komt het bord. Het is niet mijn oma’s bord met bloemetjesmotief maar een  langwerpig wit bord zoals je op tv in kookprogramma’s ziet en waar dan de hoeveelheid calorieën van een worteltje op liggen die dan bedoeld zijn als hoofdgerecht. Maar dan natuurlijk keurig opgemaakt als een kunstwerk waar je, eenmaal in je mond, niks aan hebt.

Hoera, er ligt bami op maar wel aanzienlijk minder dan wat ik vroeger kreeg en ook zonder gebakken ei. De prijs is ook aangepast: anderhalf keer wat ik voorheen betaalde.

Hier heeft dus iemand een workshop verdienmodeldenken gegeven. Je propt twee keer zoveel mensen op het terras, maakt onderscheid tussen wat je ’s middags en ’s avonds kunt eten en speelt wat met de porties die je opdient op kookprogrammaborden. Als laatste trap van de verdienmodel raket stel je de prijzen bij.

En ik gun het ze hoor, ik gun het ze van harte om goed te verdienen hier want het eten is er altijd fantastisch. Maar fuck marketing en fuck verdienmodeldenken. Bollocks tot de macht bollocks.

Ik reken af en steek de straat over op weg naar een kroeg waar ze weten dat sommige dingen niet mogen veranderen en waar ze dat zeer consciëntieus niet doen.

Bewaard onder Persoonlijk | Reageer

Tags: , , , ,

Spijt is bemesting van het verlangen

Geplaatst op 12 augustus, 2013 

De volgende dag ben ik al vroeg wakker. Mijn tent staat tot ongeveer 10 uur in de schaduw dus ik kan nog lekker een paar uur slapen als ik dat wil. Maar dat wil ik niet want zonder enig intern debat of strijd zijn al mijn cellen het erover eens en scanderen: koninginnenrit, koninginnenrit, koninginnenrit…….

Om acht uur als de meeste campinggasten nog slapen, ben ik al onderweg. Bij een benzinestation gooi ik mijn tank vol, eet een broodje, koop er eentje voor onderweg en drink koffie. En dan het gas erop over de Autobahn. Ik passeer een punt dat ik vanuit de verte al vaak heb gezien. Het is een energiecentrale die vanaf een restaurant vlakbij het drielandenpunt in Vaals bij helder weer aan de horizon is te zien.

170 km later verlaat ik bij Koblenz de Autobahn en weet vanaf dat moment niet hoe verder. Ik weet wel waar ik heen wil maar niet precies hoe er te komen. Ik rij Koblenz binnen en zie even later een enorme rivier onder me. Ze is als een enorme slang die net iets heeft gegeten dat eigenlijk te groot is voor haar lijf.

Even denk ik dat het de rivier is die ik vandaag zo graag wil volgen maar het is de Rijn. Dan wordt het even lastig want ik wil terug naar een afslag die ik gemist heb richting Cochem. Cochem, zo weet ik, ligt aan de Moezel en dat is de rivier die ik zoek.

Na een rondje Koblenz zie ik weer een bord dat wijst in de richting van Cochem. Bij een benzinestation besluit ik even te stoppen om te tanken en de weg te vragen. Op zo’n moment ben ik mijn illustere leraar Duits bijzonder dankbaar dat hij me ooit zover heeft gekregen het beruchte boek ‘Wortschatz’ van buiten te leren. En zo komt het dat ik nog steeds weet dat het Duitse woord ‘etwa’ allerlei betekenissen heeft die je kunt onthouden aan de hand van het ezelsbruggetje BOEMS:

Aan dat woord heb ik op dat moment niks maar twee aardige mevrouwen helpen me op weg. Ik moet een brug oversteken en ze geven me twee plaatsnamen die me zullen leiden naar die prachtige weg vlak naast de Moezel. Ik rij verder maar zie geen brug. Wel een flinke rivier. Is dit…..? Ik stop, klap mijn vizier open en vraag aan een man die zijn hond uitlaat of dit de Moezel is. Het moet hebben geklonken als een toerist die in Parijs onderaan de Eiffeltoren vraagt of dit de Eiffeltoren is maar dat maakt me niks uit. De man knikt en ik ben blij. Ik heb de Moezel gevonden.

Vanaf nu kan het freewheelen beginnen. 10km later nog steeds geen brug. Hoewel de weg waar ik rijd prachtig is, zie ik aan de overkant van het water een weg die nog prachtiger lijkt. En dan zie ik aan de overkant in een groene heuvel met grote letters de naam staan van één van de twee plaatsnamen waar ik op moest letten. Ik rij dus aan de verkeerde kant van de Moezel.  Nu snap ik ook de opmerking over een brug: ik had terug moeten rijden en daar via een brug de Moezel oversteken.

Ik keer om en ben weer in de drukte van Koblenz waar ik wel de bewuste brug vind maar geen enkel bordje met daarop één van de twee plaatsnamen. Ik ga hier en daar wat creatief om met de verkeersregels in een poging alsnog de juiste route te vinden. Dan stop ik met het belachelijke gedoe waar ik mee bezig ben. Ik kwam hier om van een mooie tocht langs de Moezel te genieten, wat maakt het uit of ik dat links of rechts van de Moezel doe? En dan nog wat: op  verschillende plekken zijn bruggen over de Moezel gebouwd om over te steken. Waarom moet ik dat per se hier in Koblenz doen? Dus ik eindig waar ik was begonnen: met de Moezel aan mijn rechterhand. De man met de hond is dan al weg. Misschien zit ie nu via Facebook wel te vertellen over die motorrijder die vroeg naar de Moezel.

Het freewheelen kan opnieuw beginnen. Dit is waar ik voor gekomen ben: langs de Moezel van Koblenz naar Trier.

En dan begint de spijt van gisteren zijn verhaal te vertellen. Dat het gezegde dat je beter spijt kunt hebben van iets dat je wel hebt gedaan dan van iets dat je niet hebt gedaan, niet waar is. Omdat spijt van iets dat je niet gedaan hebt je verlangen doet groeien om het alsnog te doen. Door de spijt over mijn bezoek aan Maastricht ben ik nu mijn koninginnenrit aan het maken.

En wat ben ik dan ook dankbaar voor die monteurs van Motoport die mijn motor elk jaar weer in uitstekende conditie houden, voor mijn keuzes lang geleden die me aan een motorrijbewijs hebben geholpen en voor de mensen die al die prachtige wegen hebben aangelegd. En wat te denken van fossiele brandstoffen? Meer dan prima om naar alternatieven te zoeken maar bij gebrek aan beter voor mijn motor kan ik er toch moeilijk bezwaren tegen hebben? Nee, dan is dankbaarheid  beter op haar plaats. En geld? Wat een geweldig spul is dat zeg, dat ik er alles mee kan betalen wat nodig is om zo’n prachtige tocht te maken.

De tocht door het Moezeldal is prachtig, met recht een koninginnenrit. Maar dat is het niet alleen vanwege de schoonheid want ongeveer halverwege voel ik dat het fysiek zwaar is zo lang op de motor en de warmte laat zich nu ook goed voelen. Stoppen doe ik alleen om te tanken, voor sanitaire bezigheden of om het broodje te eten en een paar slokken water te drinken. Hoewel er langs de Moezel overal toeristische dropjes zijn, heb ik geen zin ergens een uur op een terras te gaan zitten. Als ik zin heb om motor te rijden, dan wil ik ook rijden.

En zoals verwacht steek ik de Moezel verschillende keren over. Dan weer heb ik haar links en dan weer rechts. Beide wegen zijn even prachtig en liggen even dicht langs de waterkant. Het is hier prima rijden. In de dorpjes die ik passeer is het druk met toeristen maar op de weg is het heerlijk rustig en kan ik lekker doorrijden.

Bij Trier aangekomen is het mijn plan om toeristisch binnendoor naar Aken te rijden. Maar als ik een bordje snelweg zie in de richting van Bitburg is de verleiding te groot en kies ik voor de snelweg. Als ik veel later zie dat Aken dan nog 130 km rijden is en mijn benen genoeg hebben van steeds dezelfde houding, ben ik blij met mijn keuze.

De laatste kilometers rij ik door een stukje België waar ik vaker heb gereden. Het ziet er grauw en troosteloos uit. Dorpjes die iets uitstralen van: blijf hier weg want hier liggen verhalen verborgen die je beter niet kent.

Rond half vijf land ik op een terras bij het drielandenpunt. In de verte zie ik de energiecentrale die ik  ’s morgens ben gepasseerd. Ik pak de kaart en bekijk de route die ik heb gereden. Ik heb er zowat acht uur over gedaan, enkele korte tussenstops meegerekend. In mijn benen laat zich dat goed voelen. Ik bedank de spijt van gisteren en besluit voor morgen helemaal niks te plannen.

Bewaard onder Persoonlijk | 2 Comments

Tags: , , ,

Ruimte nemen en ruimte laten

Geplaatst op 10 augustus, 2013 

En dan zit ik ineens in de bus naar Maastricht. Weer zo’n mooie warme dag dat alleen al de gedachte aan een motorpak me doet voelen hoeveel poriën een menselijk lichaam wel niet heeft.

De dag begon met wat regen en in de verte het gerommel van onweer. Het zijn schijnbewegingen want het gaat heet worden vandaag. Ook al kom ik al jaren in Vaals, dat er ook een broodjeszaak zit van dezelfde keten als die zaak waar ik vorig jaar in Aken zulke lekkere (en goedkope) broodjes heb gegeten, is nieuw voor mij. Het assortiment van de vestiging in Vaals is kleiner maar de kwaliteit net zo fantastisch.

Dus een lekker broodje gekocht en op het terras koffie drinken en het dagboekschrift bijwerken. Gisteravond was ik op dit terras Frank Hamers nog tegen gekomen. Ik vertelde hem dat ik me op de eerste dag hier een moment had afgevraagd hoe de hele week hier door te komen en prompt schreef hij twee blaadjes vol met tips om met de motor heen te rijden. Die tips bewaar ik in ieder geval voor volgende jaren want ook vandaag zit motorrijden er niet in.

De wandeling vanaf het NS station in Maastricht en dan over de Maas naar het centrum is prachtig.  Maar dan. Dan sta ik ineens in een veel te drukke winkelstraat. Dit voelt niet fijn. Ik ben even kwijt waarom ik hier naar toe wilde. Oh ja, ik ben al vaker in Maastricht geweest en ook op motorvakantie maar dit is de eerste keer dat ik er alleen ben en zonder motorpak en heb dus alle vrijheid te gaan en staan waar ik wil.  Ik wil hier verdwalen en mezelf verwonderen in de Aken-stijl.

Na een korte herbezinning op mijn aanwezigheid hier op een terrasje, dat nadat ik er eenmaal zit ook al snel helemaal vol loopt, heb ik ruimte nodig en besluit hartje centrum in te ruilen voor een wandeling langs de rustigere plekjes van de stad. Die vind ik in de nabijheid van de stadsomwalling. Nog steeds centrum maar zonder dat gekmakende winkelpubliek.

Ik kan opgelucht ademhalen: dit is waar ik hier voor kwam. Na twee uur lopen eindig ik op het Vrijthof en ga er op een trapje zitten met zicht op terrasjes waar mensen nog niet de ruimte hebben een vork naar hun mond te brengen zonder in de knoop te komen met de vork van een ander. Ik wil hier nu zo snel mogelijk weg en heb al spijt dat ik toch niet de motor heb gepakt. Dan had ik nu tenminste de ruimte.

De wandeling terug naar het station gaat weer dwars door een aantal winkelstraten. Als ik zie hoeveel mensen hier op de been zijn nu het volgens de mensen die zeggen er verstand van te hebben, slecht gaat met de economie, dan wens ik dat het nooit meer beter gaat met de economie. Als ik weer in de bus zit en de chauffeur net voor vertrek de airco aanzet, kom ik weer een beetje bij. Maar wat voel ik me ontzettend moe zeg.

Waarom voel ik me hier zo moe en  voel ik in een stad als Aken onder vergelijkbare omstandigheden (ook druk, ook warm, ook lange wandelingen) juist veel energie? De energie in deze steden voelt heel verschillend aan. In Maastricht ervaar ik drukte die ruimte neemt en in Aken drukte die ruimte laat. Een verschil dat je niet ziet of hoort of proeft of ruikt maar wel voelt. Aken is energetisch gewoon meer mijn stad dan Maastricht. Met mensen kun je dat verschil ook hebben, dat iemands aanwezigheid om onverklaarbare redenen gewoon niet prettig aanvoelt en van een ander wel.

Spijt van mijn beslissing naar Maastricht te gaan heb ik niet meer. Mijn wandeling was mooi maar ik ben nu wel blij weer onderweg te zijn naar rustpunt Vaals.

Bewaard onder Persoonlijk | 2 Comments

Tags: , ,

Motorpeinzingen

Geplaatst op 8 augustus, 2013 

Grafstenen
Ik rij voorbij een handel in grafstenen. De verschillende  modellen staan voor iedereen duidelijk zichtbaar uitgestald als reminder: ‘Oh ja, ik ga ook een keer dood, laat ik maar vast een steen kiezen’. Tussen de stenen staat ook een nogal fors beeld van een heilige. Modelletje Sinterklaas. Dat kun je als toekomstig overledene dus ook bestellen. Is weer eens wat anders dan een steen. Maar wat nou als je dat beeld kiest en later blijkt dat die heilige niet zulke fraaie dingen heeft gedaan? Staat die schijnheilige wel mooi bij je graf.  En waarom zijn die heiligen bijna altijd mannen? En waarom staan ze vaak met één of twee handen in de lucht en niet met de handen in de zij of in hun zakken?

Tattoo
Naast me zit een man met een tattoo op zijn arm. Twee woorden. Eerste woord: bad. Tweede woord: in eerste instantie moeilijk leesbaar maar het ziet er toch echt uit als ‘ass’. ‘Bad ass’. Wat zou er zo slecht zijn aan zijn kont? Zou hij iets met zijn kont kunnen dat heel erg slecht is?

Anne Clark
Binnen in de kroeg zingt Anne Clark ‘It rains even harder now’. Buiten is het kurkdroog, blauwe lucht en een aangename 22 graden. Hier heeft ze vandaag geen gelijk. Gisteren in Weert wel. Daar is vanwege noodweer een camping geëvacueerd. De trut.

Wat denken campinggasten?
Als je in een heet motorpak terug op de camping komt, dan wil je maar één ding: uit dat pak. En omdat ik bedoel: meteen uit. Dat doe je niet in je tentje waar het nog veel heter is maar gewoon buiten waar iedereen het kan zien. Wat denk je dat voorbijgaande campinggasten denken als ze je in je onderbroek zien staan?

  1. Dat heb je nou met zo’n klein tentje
  2. WTF
  3. Gaat die onderbroek ook uit?
  4. Ander antwoord

Het juiste antwoord is 4. Wat die campinggasten denken is: Wanneer zou die snurkende buurvrouw nou eens weggaan? Hoe hou ik die kinderen bezig? Wat voor weer wordt het morgen? Vanavond seks (en met wie)? 

I follow rivers
Voor de Dom in Aken spelen twee straatmuzikanten. Ze spelen ‘I follow rivers’ in de Triggerfinger stijl. Een mooi nummer. Een mooi nummer? Luister even naar die tekst zeg. Willen we in ons hart iemand om te volgen? Willen we in ons hart dat iemand ons volgt? Dat komt niet vanuit het hart, het zijn disfunctionele programmeringen. Maar vooruit, je kunt een rivier volgen en dat kan best leuk zijn. Maar iemand anders? Codependency voor beginners.

Motorpeinzingen zijn overpeinzingen tijdens motorvakantie.

Bewaard onder Verhaaltjes | Reageer

Tags: , , , ,

Troostballonnen

Geplaatst op 7 augustus, 2013 

En toen werden er in de Maastrichterlaan in Vaals troostballonnen geplaatst. Voor zowat elke winkel en elke horecagelegenheid een vrolijk bedoeld maar zielig aandoend bosje troostballonnen.

Er viel het één en ander goed te maken. De reconstructie van het eerste gedeelte van de Maastrichterlaan had voor veel overlast gezorgd, zo vertelden enkele ondernemers.  En wat doe je dan: je troost met een ballon.

En omdat het eerste gedeelte van de reconstructie zo lelijk is geworden en al die mooie platanen zijn verdwenen en de nog overgebleven platanen ook gaan verdwijnen en de rest van de Maastrichterlaan ook lelijk is als daar de reconstructie gereed is, troost je met heel veel ballonnen. Dan heeft niemand het er meer over.

Troostballonnen

 

 

Bewaard onder Fotobloggen, Mening | 2 Comments

Tags:

← Vorige paginaVolgende pagina →