Karma op de schop

Geplaatst op 1 oktober, 2009 

Vandaag stond op nu.nl een artikel over een internationaal team van astronomen die in het heelal misschien een nieuwe kracht hebben ontdekt. Als die kracht inderdaad bestaat moet het huidige begrip van zwaartekracht misschien wel worden herzien en gelden ook de wetten van Newton en Einstein niet meer.

Wat een impact zal deze ontdekking hebben! Dat wat we lange tijd als onomstotelijk en bewezen waarheid beschouwden, is dat straks misschien niet meer. Bewijzen zijn niet langer bewijzen en waarheid is niet langer waarheid. Is het niet fascinerend hoe snel en hoe diepgaand alles verandert?

Ik las dat artikel over die ontdekking van die nieuwe kracht en dacht terug aan het stukje van gisteren over een hele kudde ikken. Wat Gertrud in haar comment schrijft en waarover Gertrud en ik daarna nog per e-mail hebben uitgewisseld, is waar. Waar in de zin van dat ik het herken uit spirituele boeken. Maar is het dan ook echt waar?

Misschien is het wel waar geweest en is het dat nu niet meer. Net zoals de wetten van Newton en Einstein eens waar waren en straks niet meer. Of misschien is het wel zo dat, omdat we in bewustzijn groeien, ook het filter verandert waar alle gechannelde boodschappen doorheen gaan. En als dat filter verandert, verandert ook de boodschap die we ontvangen. Met een ruimer bewustzijn wordt het filter ruimer en de boodschap die er doorheen komt rijker. En net als de eens zo onomstotelijke wetten van Newton en Einstein veranderen, kan ook het begrip van karma veranderen, is het niet meer die rugzak vol persoonlijke shit uit vorige levens maar een zak vol tools die je kunt gebruiken.

Wat er met de wetten van Newton en Einstein gaat gebeuren weet ik niet. Ik vind het wel spannend. Gelukkig heb ik mijn natuurkundeboeken al lang geleden opgeruimd maar misschien kunnen nu ook een aantal spirituele boeken het recyclingcircuit in.

Ik zou het wel fijn vinden als behalve Newton en Einstein, ook karma op de schop gaat. Karma klinkt me toch net iets te veel als een opgepimpte spirituele versie van wat het christendom de hel noemt.

Bewaard onder Actualiteit, spiritualiteit | 5 Comments

Tags: , ,

Wie ben ik?

Geplaatst op 29 september, 2009 

Vraag je jezelf wel eens af wie je bent? Vorige week donderdag, fietsend op weg naar huis, was daar ineens die vraag: wie ben ik? De daarop volgende dagen raakte ik overdonderd door antwoorden.

Zo ontdekte ik eerst de website www.michaelteachings.com met artikelen over ziele leeftijden en de verschillende rollen die we kiezen te vervullen voordat we incarneren. Met wat ik daar las had ik al zoveel antwoorden dat ik daar nog wel een poosje mee onder de pannen ben. Maar er kwam nog veel meer.

Een dag later bood Gertrud Althausen me aan een numerologie voor me uit te werken aan de hand van mijn geboortedatum en naam. Ik nam het aanbod graag aan en zondag had ik al een bijzonder gedetailleerde beschrijving in mijn mailbox.

Als extra service kreeg ik van Gertrud ook nog mijn persoonlijke kinkaart volgens de Tzolkin, de Maya kalender.

Er kwam ook nog een toetje: Huub Koch stuurde me een communicatie concept toe, gebaseerd op een eerder gesprek en vragen die hij me had gesteld over ondernemerschap en hoe ik me daarin onderscheid.

Zo had ik binnen een paar dagen vier totaal verschillende invalshoeken op de vraag ‘Wie ben ik?’. De invalshoeken overlapten elkaar, vulden elkaar aan en waren ook totaal verschillend.

Zo langzamerhand heb ik het idee dat wie ik ben, wie jij bent of wie wij zijn, niet is afgebakend in de zin van een opsomming van een aantal eigenschappen en kwaliteiten. Ik denk dat ‘alles’ in ons is, dat we ‘alles’ zijn. En dat de mate van iemands bewustzijn en de omstandigheden waarin iemand verkeert (het boek ‘The tipping point‘ van Malcolm Gladwell geeft prachtige voorbeelden van hoe omstandigheden en omgeving een grote rol kunnen spelen), bepaalt uit welk vaatje iemand tapt. Zo tap ik de ene keer bijvoorbeeld ‘luiheid’ en de andere keer ‘hard werken’.

Bewaard onder Boeken, Persoonlijk, spiritualiteit | 3 Comments

Tags: , ,

Het universum werkt via mensen

Geplaatst op 3 augustus, 2009 

Meteen na aankomst op het feest overzag ik de situatie en verdeelde de mensen in twee groepen: de mensen die ik kende en de mensen die ik niet kende. Ik gaf iedereen een hand, stelde me voor aan de mensen die ik niet kende en ging zitten.

Ik keek nog eens goed rond en besloot onbewust op de mensen die ik niet kende nog twee extra etiketten te plakken: rijk & kak. De locatie waar het feest plaatsvond versterkte dit rijk & kak-beeld: grote luxe villa met een flinke tuin en een glimmende Jaguar voor de deur. Ik voelde me er ongemakkelijk, eenzaam en onzeker. De etiketten en oordelen begonnen langzaam te werken.

Bewustzijn is er altijd en overal, de moeilijkheid is soms hoe je vanuit onbewust gedrag, vanuit een patroon, kunt overschakelen naar bewustzijn. Dat lukte door mezelf een vraag te stellen: zou ik in zo’n luxe villa willen wonen met een prachtige Jaguar voor de deur, zou ik ook rijk en succesvol willen zijn? Ja, natuurlijk zou ik dat wel willen!

Er ontstond een kiertje bewustzijn en ik vroeg me af hoe ik me zou voelen als ik rijk en succesvol zou zijn en zo’n villa en Jaguar zou hebben. Ik ging er even voor zitten en deed alsof de villa waar ik was van mij was, alsof de Jaguar voor de deur mijn Jaguar was. Mijn weerstand tegen de situatie veranderde in plezier, ik vond het ineens allemaal wel prima zo.

Op datzelfde moment merkte ik op dat er een man tegenover me was komen zitten. Ik kende hem niet en had hem eerder al ingedeeld in de categorie rijk & kak. Hij vroeg me wat ik zoal deed in het dagelijks leven. Ik voelde aanvankelijk wat aarzeling om hem te antwoorden. ‘Hij zal wel niet echt interesse hebben’, dacht ik, maar dat was geloof ik een projectie van mijn eigen gebrek aan belangstelling.

Ik begon te vertellen en al na een paar zinnen gebeurde er iets heel opmerkelijks. Zonder dat ik hem daarover had verteld, begon hij te praten over het belang van doen wat je leuk vind, daarop blijven vertrouwen en volhouden, en dat succes dan komt. Hij vertelde me precies de woorden die ik ook altijd tegen mezelf zeg als ik moed en vertrouwen nodig heb. We hadden daarna een geweldig leuk en inspirerend gesprek.

Later op de avond, terug thuis (geen villa maar wel mijn thuis, geen Jaguar voor de deur maar wel een auto die niet eens van mij is maar die me wel overal naar toe brengt), zag ik pas goed wat er was gebeurd op dat feest. Hoe ik vanuit weerstand de mensen op het feest als het ware van me had afgeduwd. Hoe ik daarna vanuit plezier een bijzonder gesprek met een bijzonder mens had aangetrokken. Kwestie van energie met verschillende vibraties.

Dat wat je verlangt, dat wat je nodig hebt, komt soms tot je op de meest onverwachte momenten en manieren. En dan staat er ineens een wildvreemde man je precies datgene te vertellen wat je op dat moment het meest nodig hebt om te horen. Het universum werkt via mensen.

Bewaard onder Persoonlijk | 2 Comments

Tags: , , , ,

Gedachten-getimmer

Geplaatst op 31 juli, 2009 

Ik ben er heerlijk een aantal dagen tussenuit geweest met de motor. Het verlangen erop uit te trekken won het van de steeds veranderende weersvoorspellingen.

Motorrijden is één zijn met de motor, met kracht, snelheid, balans en veiligheid, één zijn met de wind, zon en soms regen, één zijn met de omgeving, de verrijkende en soms verwoestende ingrepen van de mens. Motorrijden vraagt zowel concentratie als ontspanning, aanwezig zijn in het moment en alle zintuigen tegelijk gebruiken.

En dan…..gebeurt er iets dat ruimte heet. Er komt wat rust in de gedachtestroom, hier en daar een opening zelfs. Die openingen rijgen zich aaneen tot ruimte. Ruimte tot reflectie. Ruimte om de alledaagse gekte te herkennen. Ruimte om gedachten te herkennen die vriendschap sluiten met die ruimte waardoor er inspiratie en bezieling is. Ruimte ook om gedachten te herkennen die de ruimte willen beheersen en controleren waardoor onrust en spanning ontstaan.

En terwijl ik zo motormediterend rondtoer door een prachtig landschap met een stevig ansichtkaartgehalte, zie ik ineens die timmerman.

De menselijke denkgeest heeft wel wat weg van een overijverige timmerman. Zodra deze timmer-aholic ergens een opening ziet pakt hij meteen aan paar stevige planken, spijkers en een hamer om de opening dicht te timmeren. Zo snel en hard mogelijk rost hij de opening dicht. Van de ruimte die achter de opening ligt is de timmerman als de dood en dus wil hij timmeren, alles potdicht.

Dus als je zo’n herrie in je hoofd hoort, dan is dat die timmerman.

Hoe kom je van die herrie af? Ga eens lekker op vakantie !

Bewaard onder Persoonlijk | 1 Comment

Tags: ,

Bewust vragen beantwoorden

Geplaatst op 10 juli, 2009 

Vragen stellen doen we allemaal. Antwoorden geven doen we ook allemaal. Iemand vraagt iets en een ander die het antwoord weet geeft antwoord. Simpel toch?

Rondom vragen stellen en vragen beantwoorden bestaan een aantal patronen. Het helpt je daar bewust van te zijn om te voorkomen dat je jezelf geweld aan doet als je een vraag van een ander beantwoordt. In dit artikel noem ik een aantal van die patronen, waarom sommige vragen wel leuk zijn te beantwoorden, waarom andere vragen niet leuk zijn om te beantwoorden en wat dan te doen.

Observatie

Een jaar of wat geleden stond ik te wachten op de Interliner toen een voor mij onbekende man mij vroeg waar ik heen ging. Zonder er bij na te denken gaf ik hem antwoord. En daar schrok ik van, dat ik iemand die ik totaal niet kende zomaar vertelde waar ik heen ging. Ik wist niet eens waarom hij dit wilde weten. De reden van zijn vraag bleek pas daarna toen hij mij voorstelde gebruik te maken van een kortingsregeling door zogenaamd samen te reizen. Maar op het moment dat ik hem vertelde waar ik heen ging wist ik de reden van zijn vraag niet. Ik wist eigenlijk ook niet waarom ik hem antwoord gaf. Automatische piloot dacht ik.

Reflectie

Het was inderdaad een automatische piloot, een patroon dat zegt dat het onbeleefd is om een vraag niet te beantwoorden en dat het onbeleefd is een wedervraag te stellen. Vertaald naar behoeften: een vraag beantwoorden om te worden geaccepteerd. Het effect van dat patroon is dat ik een antwoord geef om een vraag waarbij ik geen enkel idee heb van het hoe en waarom van die vraag. Het patroon is dan: een vraag MOET beantwoord worden omdat het onbeleefd is dit niet te doen en omdat je anders niet geaccepteerd wordt. Zo’n patroon komt ergens vandaan.

Oorzaken

Over vragen stellen en vragen beantwoorden leren we als kind een dubbele boodschap:

Een dubbele boodschap: stel zelf geen vragen maar beantwoordt wel de vragen van een ander.

Gevolgen

Later, als we eenmaal zelf volwassen zijn weten we vaak niet eens dat we een patroon ontwikkeld hebben. Zo’n patroon kan allerlei gevolgen hebben:

Als het leuk is een vraag te beantwoorden.

Het kan hartstikke leuk zijn om een vraag te beantwoorden. Een vraag kan een uitnodiging zijn om te delen over iets waar je blij van wordt. Als iemand je vraagt hoe je vakantie is geweest wil je misschien heel graag vertellen hoe leuk die vakantie wel niet was.

Uit een vraag kan ook meteen duidelijk zijn waar je iemand mee helpt als je de vraag beantwoordt. Als iemand je de weg vraagt is duidelijk waar je mee helpt als je de vraag beantwoordt: je helpt de vragensteller op zijn bestemming te arriveren.

Door een vraag te beantwoorden kun je met jouw kennis en ervaring een ander een stukje verder helpen en dat kan leuk zijn.

Het kan leuk zijn een vraag te beantwoorden als je helder hebt waar je aan bijdraagt met het beantwoorden ervan. Als je helder hebt aan welke behoefte je bijdraagt, de behoefte van jezelf en/of die van de ander.

Als het niet leuk is een vraag te beantwoorden.

Sommige vragen zijn helemaal niet leuk om te beantwoorden. Sommige vragen zijn geen vraag maar een oordeel in de vorm van een vraag. Een vraag als ‘Waarom heb je dat zo onhandig aangepakt’ bevat een oordeel (onhandig) over hoe je iets hebt aangepakt. Als je het oordeel hoort, bewust of onbewust, dan sta je waarschijnlijk niet te popelen om die vraag te beantwoorden.

Sommige vragen zijn geen vraag maar een opdracht tot het geven van het gewenste antwoord. Iemand vraagt of je iets wil doen en je zegt ‘nee’. Als daarna dan vragen volgen over het hoe en waarom van jouw ‘nee’, dan was de vraag van de vragensteller misschien geen vraag maar een opdracht iets te doen. Had je op de vraag om iets te doen ‘ja’ geantwoord dan had de vragensteller waarschijnlijk niet gevraagd naar het hoe en waarom van jouw ‘ja’.

En dan zijn er vragen die tijd, energie en aandacht vragen om te beantwoorden en terwijl je ermee bezig bent merk je weerstand. Dit is een moment om alert te zijn want de kans bestaat dat je jezelf ruimte aan het ontnemen bent, dat je jezelf geweld aandoet, dat je iets aan het doen bent wat je eigenlijk niet wilt doen. Weerstand is een belangrijke indicator om even pas op de plaats te maken en je af te vragen wat er in je leeft en speelt, jezelf af te vragen hoe je je voelt en wat je behoefte is.

De vragensteller zet met zijn vraag jou aan het werk en je hebt geen idee waar je met al dat werk aan bijdraagt. Het gebeurt vaak dat de vragensteller zijn eigen huiswerk niet heeft gemaakt voordat hij jou aan het werk zet met het beantwoorden van een vraag.

Mijn aanname is dat een vragensteller weet waarom hij wat vraagt. En als hij dat niet weet, dan is het de taak van de vragensteller dit eerst voor zichzelf helder te maken. Als het hoe en waarom van de vraag duidelijk is en ook wordt gecommuniceerd, dan is het voor de ander die de vraag moet beantwoorden, duidelijk waar hij met zijn of haar antwoord aan bijdraagt. Het is dan voor de beantwoorder van de vraag veel gemakkelijker te kiezen of hij/zij die bijdrage wil leveren, of hij/zij die vraag wil beantwoorden of niet.

Voorbeeld

Een simpel voorbeeld is dat iemand je vraagt of je even tijd hebt. Als je dan ‘ja’ zegt heb je geen idee om hoeveel tijd het gaat en je hebt ook geen idee wat er met die tijd gaat gebeuren.

Als iemand je vraagt of je een kwartiertje hebt om even te overleggen over het verjaardagsfeestje van je beste vriend of vriendin, dan weet je wel om hoeveel tijd het gaat en wat je met die tijd gaat doen.

Nu zal niet iedereen bij het stellen van een vraag zo concreet zijn als in dit voorbeeld. Maar jij als degene die gevraagd wordt of je even tijd hebt, kan wel naar die concreetheid vragen: om hoeveel tijd gaat het ongeveer en waar gaat het over? Of: ‘Waar draag ik aan bij met mijn tijd?’

Slot

Voor de vragensteller: het is prima om vragen te stellen en het is gezond om nieuwsgierig te zijn. Check het hoe en waarom van je eigen vraag voordat je de ander aan het werk zet en communiceer dit.

Voor de beantwoorder: het is prima om vragen te beantwoorden als je het leuk vindt dat te doen. En het is net zo prima om geen vragen te beantwoorden als je daar geen zin in hebt of niet weet waar je met jouw antwoord aan bijdraagt. Weerstand is daarbij een nuttige indicator. Het is prima om de vragensteller een wedervraag te stellen naar het hoe en waarom van zijn vraag en om te vragen concreet en specifiek te zijn. Of: ‘Waar draag ik aan bij met mijn antwoord?’ En als iemand je een vraag stelt en je weet het antwoord niet, dan is ‘Dat weet ik nu niet’ ook een antwoord.

Bewaard onder Communicatie | 2 Comments

Tags: , , , ,

6,5 miljard verschillende talen

Geplaatst op 7 juli, 2009 

Er bestaan op aarde bijna zevenduizend verschillende talen. Als je een beetje over de grens leeft, door te reizen of via internet/radio/tv, dan is de kans groot dat je te maken krijgt met mensen die je niet kunt verstaan en die jou ook niet kunnen verstaan. Dan kan het lastig zijn jezelf verstaanbaar te maken en om de ander te verstaan. Met handen- en voetenwerk kom je een heel eind, maar om elkaar ook wezenlijk te verstaan, het wezen in jezelf verstaanbaar te maken en het wezen in de ander te verstaan, daar is meer voor nodig.

Blijf je binnen de grenzen van een land, of binnen de grenzen van een regio, dan kun je  jezelf in dat land of in die regio verstaanbaar maken en kun je ook andere mensen verstaan. Om elkaar wezenlijk te verstaan is meer nodig dan dezelfde taal te spreken. Vrijwel direct na de geboorte beginnen we een taal te leren, eerst wat onsamenhangende geluiden en later woorden die andere mensen kunnen verstaan. Die woorden worden zinnen en hoera!, we spreken een taal.

Naarmate we ouder worden leren we een heleboel nieuwe woorden. Woorden die een ander, die wel diezelfde taal spreekt, misschien niet kent. Veel beroepen en ook hobby’s hebben zo hun eigen taaltje. Buiten een selecte groep mensen kom je niet ver met die jargontaal.

Behalve dat we meer woorden leren die een ander misschien niet kent, gebeurt er nog meer met onze taalontwikkeling. Woorden, zinnen en klanken, krijgen een persoonlijke betekenis, afhankelijk van de herinneringen en emoties die ze oproepen. Bij de één roept het woord ‘kerk’ herinneringen op van samen zingen, wierrook en kaarsen, roept het een beleving van sfeer en samen zijn op. En bij de ander roept het herinneringen op van schuld, schaamte en zonde, roept het de beleving van manipulatie op. Als twee mensen met een zo uiteenlopende woordbeleving het over ‘kerk’ hebben, dan is het een hele toer elkaar wezenlijk te verstaan.

Zo kent iedereen aan woorden zijn of haar eigen geur- kleur- en smaakstoffen toe in de vorm van herinneringen, interpretaties, associaties, oordelen en emoties.

En dan is er nog ons karakter en persoonlijke voorkeur voor hoe we taal toepassen en inzetten. De één is graag meteen to the point en de ander houdt van een verhalende inleiding. Iemand die van een verhalende inleiding houdt om op zijn/haar gemak te komen in het gesprek, kan schrikken als hij/zij geconfronteerd wordt met iemand die meteen to the point komt. En andersom, iemand die graag meteen to the point komt omdat dit voor hem/haar efficiency brengt, kan na een paar minuten de aandacht verliezen als hij/zij geconfronteerd wordt met iemand die eerst een verhalende inleiding houdt.

We spreken op aarde geen zevenduizend talen. Was dat maar waar! We spreken op aarde bijna zes en een half miljard verschillende talen: elke bewoner van de planeet zijn of haar eigen taal! En met die eigen taal moeten we het voor elkaar zien te krijgen om wezenlijk contact te maken, wezenlijk verbinding, onszelf wezenlijk verstaanbaar maken, de ander wezenlijk verstaan.

Als je ophoudt als vanzelfsprekend aan te nemen dat de ander jou verstaat zoals je verstaan wilt worden en dat jij de ander verstaat zoals de ander verstaan wil worden, dan zet je al een belangrijke stap.

De paradox is dat als je je bewust bent van die verschillen, die zes en een half miljard unieke talen, dat het gemakkelijker wordt om te communiceren. Als je tenminste wezenlijk nieuwsgierig kunt zijn naar jezelf en de ander. Oh ja, en bewustzijn is ook erg handig. En dan is het soms nog een worsteling.

Bewaard onder Communicatie | 3 Comments

Tags: , , , ,

Bewustwording en Communicatie

Geplaatst op 30 juni, 2009 

We leven in het bewustzijnstijdperk, het is bewustzijn voor en bewustzijn achter. Van bewust ademhalen tot bewuste keuzes maken. Van bewustzijn wie we zijn tot bewustzijn wat we willen.

‘Ben jij al bewust?’ ‘Nee, dat zet ik wel op mijn to-do-list voor volgend jaar.’

Voor mij is bewustzijn niet een ding, ook niet een staat van zijn. Bewustzijn is voor mij een proceswoord, een woord dat een proces uitdrukt.

Daarom klinkt bewustworden of bewustwording voor mij prettiger dan bewustzijn. Ik ben altijd bezig met bewustwording. Iedereen is altijd bezig met bewustwording. Het is net als met ademhalen: het gaat de hele dag door en je hebt het soms (of vaak) niet eens in de gaten.  Bewustworden doe je ook de hele dag door, het gaat vanzelf.

Je kunt het proces van bewustworden wel beïnvloeden. Je kunt het vertragen met alcohol, drugs, dag en nacht werken of jezelf volproppen met eten. Je kunt bewustworden ook een positief handje helpen.

Bewustwording laat zich maar moeilijk trainen. Je kunt niet naar een soort van fitness waar je je bewustwording gaat trainen en ontwikkelen. En toch zijn er wel manieren om je bewustwording te ondersteunen: communiceren is zo’n manier.

Hoe we communiceren is een reflectie van ons proces van bewustworden. Hoe we communiceren zegt iets over onze bewustwording. Het werkt ook de andere kant op: door aandacht te besteden aan hoe we communiceren en onze communicatie te ontwikkelen, beïnvloeden we ook onze bewustwording.

Het is net een kettingreactie die dan op gang komt:

Communicatie beïnvloedt bewustwording beïnvloedt communicatie beïnvloedt bewustwording en ga zo maar door.

Het ontwikkelen van je communicatie is gemakkelijker te leren dan je bewustwording trainen. Bewustwording is zo ongrijpbaar. Communicatie zeer grijpbaar, het is hoorbaar, voelbaar en merkbaar.

Kijk bijvoorbeeld naar zoiets eenvoudigs als het model van Geweldloze Communicatie. Geweldloze Communicatie gaat bij uitstek over bewustwording. Bewustwording van wat er gebeurt (de waarneming), bewustwording van de gevoelens en onderliggende behoeften. Bewustwording van hoe we die behoeften bevredigd willen zien en wat daarvoor nodig is en hoe we dat in actie omzetten. Bewustwording ook van verantwoordelijkheden: wat is van jou en wat is van mij? Bewustwording van gelijkwaardigheid en van verschillen. Bewustwording van verbinding. Bewustwording van ruimte.

Geweldloze Communicatie draagt bij aan bewustwording op verschillende niveaus: van het fysieke tot het spirituele.

Bewaard onder Communicatie, Mening | Reageer

Tags: ,

Geweldloze Communicatie niet spontaan?

Geplaatst op 13 mei, 2009 

Regelmatig hoor ik dat Geweldloze Communicatie niet spontaan is, dat als je communiceert volgens het model van Geweldloze Communicatie, dit geen of nauwelijks ruimte biedt voor spontaniteit. Hmmmm?

Spontaan betekent volgens de online Van Dale: zonder dwang, uit eigen beweging.

Je kunt het idee, de aanname of overtuiging hebben dat je ‘moet’ communiceren volgens het model van Geweldloze Communicatie. Bijvoorbeeld omdat je zojuist een training hebt gevolgd en jezelf oplegt dat je het geleerde meteen in de praktijk ‘moet’ toepassen. Of omdat je partner of een vriend(in) volgens dit model communiceert en jij jezelf oplegt dat je dit ook ‘moet’ doen.

Zodra je het idee hebt dat je iets ‘moet’ (van een ander of van jezelf) creëer je ruimtegebrek en dat voelt als bijvoorbeeld weerstand of irritatie. Je kunt dan gemakkelijk denken dat je die weerstand of irritatie ervaart omdat je niet meer spontaan kunt communiceren. Het oordeel ‘ik kan door Geweldloze Communicatie niet spontaan zijn’ kan wel eens een oordeel zijn dat wijst in de richting van de onderliggende behoefte aan ruimte. Ruimte die je jezelf hebt ontnomen door iets te ‘moeten’, door jezelf een ‘verplichting’ op te leggen.

Je kunt ook het idee hebben dat Geweldloze Communicatie niet spontaan is omdat het gaat over het volgen van regeltjes. Regeltjes in de zin van het herkennen van de verschillende stappen van het model en het herkennen van de verschillende valkuilen (onderscheid tussen waarneming en interpretatie/oordeel, onderscheid tussen gevoelens en quasi gevoelens, onderscheid tussen behoeften en strategieën, onderscheid tussen een verzoek en een eis).

We vergeten vaak dat de manier waarop we al jaren communiceren ook is aangeleerd aan de hand van een heleboel regeltjes. Regeltjes die we op school hebben geleerd en die we ons hele leven al zo vaak hebben toegepast dat we ons er niet eens bewust zijn dat we dit doen.

Om een taal te kunnen gebruiken is een woordenschat nodig, kennis van de schrijfwijze, uitspraak en betekenis van de woorden. Er is ook grammatica nodig. Allemaal regeltjes die we ooit hebben geleerd maar die we niet meer herkennen als regeltjes. En omdat we deze regeltjes op de automatische piloot kunnen toepassen noemen we dat soms spontaan communiceren.

Het is met Geweldloze Communicatie net als bij het leren van een vreemde taal of leren autorijden. In het begin voelt het onwennig, ongemakkelijk en frustrerend. Als je iets nieuws gaat leren ben je in het begin onbewust onbekwaam, daarna bewust onbekwaam, vervolgens bewust bekwaam en ten slotte onbewust bekwaam.

Als je naast de manier waarop je altijd communiceert en waarin je onbewust bekwaam bent, een andere manier van communiceren leert waarin je in het begin bewust onbekwaam bent, dan liggen de oordelen als het ware om de hoek op je te wachten. Oordelen over jezelf (‘Ik kan het niet’) of over Geweldloze Communicatie (‘Het is niet spontaan, het is niks voor mij’). Misschien wijzen deze oordelen in de richting van je behoefte aan leren of je behoefte aan vertrouwen.

Geweldloze Communicatie vraagt om bewustzijn, om aanwezig zijn in het hier en nu, om eigen verantwoordelijkheid voor wat er in je leeft en speelt en hoe je dat communiceert met jezelf en de ander.

En daar ligt naar mijn idee een wezenlijk verschil met hoe we gewend zijn te communiceren.

We zijn gewend en ermee vertrouwd om eruit te flappen wat we denken en noemen dat spontaniteit. Handelen zonder dwang en vanuit eigen beweging EN vanuit bewustzijn kan ik spontaan noemen. Is het bewustzijn er niet, dan klinkt spontaniteit voor mij eerder als impulsiviteit. Wil je jouw ‘communicatieshow’ laten runnen vanuit bewustzijn of vanuit impulsen? In het eerste geval bedien jij de knoppen. In het tweede geval geef je de bediening van de knoppen uit handen.

Uiteindelijk kun je ook Geweldloze Communicatie inzetten zonder dwang en uit eigen beweging. Spontaan dus. Maar wel vanuit bewustzijn. En hoewel in het begin de ‘regeltjes’ een handig hulpmiddel zijn en de communicatie misschien wat klinkt als een trucje, wordt Geweldloze Communicatie na verloop van tijd een manier van leven die aansluit op jouw authenticiteit en die net zo goed past als je favoriete spijkerbroek.

Vanuit bewustzijn kun je ook kiezen wanneer je het model van Geweldloze Communicatie expliciet inzet en wanneer niet. Want je kunt bij de bakker natuurlijk gerust een half volkoren vragen zonder te benoemen hoe je je voelt en wat je behoefte is.

Bewaard onder Communicatie, Mening | 1 Comment

Tags: , , , ,

← Vorige paginaVolgende pagina →