Ontgiften van de crisis

Geplaatst op 21 februari, 2009 

Hoewel ik geen kranten lees en niet naar het journaal kijk merk ik dat het woord crisis toch in mijn systeem terecht is gekomen. Er lijkt geen ontkomen aan en dat is, zo schat ik in, precies de bedoeling. Politici zeggen dat niemand aan de gevolgen van de crisis zal ontkomen en vervolgens storten de media deze boodschap massaal uit over alles en iedereen.

Ik heb er deze week een tweet over geschreven:

“Als aanzetten tot haat bij wet verboden is, waarom dan aanzetten tot crisis ook niet verbieden?”

Ik merk dat het me raakt wat er gebeurt en dat wil ik graag anders. Van de crisis zelf merk ik niks. Van de manier van communiceren en de hoeveelheid aan communicatie merk ik wel wat. Wat doet alle ophef over de economische en financiële situatie met mij? Ik voel me geïrriteerd en geprikkeld. Wat zijn mijn behoeften? In ieder geval vertrouwen en autonomie merk ik.

Het nieuws over de crisis wordt gebracht alsof het over algemeen geldende waarheden gaat die per definitie voor iedereen gelden, of we dat nu leuk vinden of niet. Het is voor mij alsof de crisis er bij iedereen met een injectiespuit wordt ingespoten met de  media in de rol van de spuit en de woorden en de taal als het te injecteren gif. En zo zit nu het woord ‘crisis’ in mijn systeem en daaraan koppel ik dan weer allerlei interpretaties, scenario’s en verhalen waar ik graag vanaf wil.

Ik wil graag dat politici zich anders uitdrukken over de crisis. Het zou voor mij een wereld van verschil zijn als ik dingen zou horen zeggen in de geest van: ‘Ik denk dat….omdat ik…’. Want dan heb ik helder ‘Oh, dit gaat over die ander en ik kan het anders zien’. Maar als ik iemand hoor zeggen ‘We zitten in een crisis en we moeten er allemaal aan geloven’ dan raak ik in verwarring. Wie zijn die ‘We‘? en hoezo ‘moeten‘?. En dan heeft de injectiespuit weer een paar giftige woorden ingespoten.

Waar het voor mij om gaat is de vrijheid van perceptie, de vrijheid om zelf een perceptie te kiezen. Vrijheid van perceptie is iets individueels. Niemand bepaalt mijn perceptie tenzij ik dat toelaat. Ik heb ook de ervaring van mensen die hun perceptie willen opdringen aan anderen.

Ik ken voorbeelden van alcoholisten en workaholics die het totaal onbegrijpelijk vinden als je niet meedoet met hun drank- of werkprobleem. Want als je met ze meedoet dan valt hun probleem niet zo op en als je niet meedoet juist wel. En dat laatste doet pijn. Je eigen pijn voelen en uithouden is een kunst op zich en ik denk dat mensen die dat niet kunnen of niet willen vaak als oplossing kiezen hun pijn te delen met anderen. Gedeelde smart is halve smart is het gezegde. Ik denk dat dit gezegde is bedacht door mensen die hun eigen smart niet zo goed konden uithouden. En zo wil de probleemdrinker dat jij meer drinkt dan goed voor je is en wil de workaholic dat jij na werktijd op kantoor of thuis die ene klus en ook nog die andere klus afwerkt.

En zo kan ik me voorstellen dat er mensen zijn die persoonlijke pijn hebben van de crisis omdat het ze bijvoorbeeld raakt in hun behoefte aan vertrouwen of veiligheid. En, naar ik inschat, kunnen sommige van deze mensen hun pijn maar moeilijk uithouden en willen ze hun pijn delen, willen ze graag dat jij en ik een deel van hun pijn meedragen. Misschien zeggen ze daarom wel dat we er allemaal aan moeten geloven. Aan de crisis dus.

Maar ik ben de eigenaar van mijn eigen perceptie. Met mijn vrijheid om mijn eigen perceptie te kiezen kan ik mijn behoefte aan autonomie en authenticiteit vervullen. Ik kan kiezen hoe ik tegen geld en economie aankijk. Ik kan kiezen hoe ik tegen crisis aankijk en hoe ik daarover communiceer met mezelf en anderen. Keuze van de eigen perceptie maakt vrij en onafhankelijk. Het is voor mij de ultieme afkick en ontgifting van al die giftige woorden die worden uitgestort in de kranten, op radio en tv en op het Internet. Ik zeg niet dat het gemakkelijk is, wel dat het mogelijk is.

Voor mij gaat de crisis niet alleen over geld, maar ook over wat er gebeurt als we zomaar de perceptie van een ander overnemen. Of het nou gaat over de perceptie van kerk, de overheid, de multinationals, de media of die van mijn buurman of buurvrouw.

Bewaard onder Actualiteit, Mening, Persoonlijk | 2 Comments

Tags: , , , , , ,

Precies wat ik bedoel

Geplaatst op 25 oktober, 2008 

De vorige post, proefwerk nakijken, staat nog maar net online als ze me vraagt of ik wil horen over een fout die in de tekst staat. Ik ben blij dat ze het eerst vraagt want dat geeft even ruimte om af te stemmen op wat ik wil. “Nee” zeg ik, “ik wil niet horen over fouten, ik wil wel graag horen wat je leuk vindt aan het artikel”. “Dat weet ik niet” zegt ze. “Ik heb de tekst nog niet gelezen”. En dat doet even pijn.  

Het lijkt er soms wel op alsof regels maar één doel hebben: fouten kunnen opsporen. En dan vooral de ander ermee confronteren. Daarom zijn er zoveel wetten, voorschriften en regeltjes. En een heleboel mensen die toezien op de naleving ervan, de fout-aholics. Aan mijn eigen oordelen te merken zit de pijn dieper dan ik nu kan toegeven.

Bewaard onder Persoonlijk | Reageer

Tags:

De bordjes vallen kapot

Geplaatst op 6 oktober, 2008 

Onderstaand artikel is geschreven voor het “papa magazine” van de website Bewuste Ouders.

Zomaar een zaterdag. Mijn partner is een dagje de deur uit en onze dochter van acht en een halve maand, en ik zijn alleen thuis. Nog niet zo lang geleden had het idee om alleen thuis te zijn met mijn dochter me nog angst bezorgd, bang dat ik haar niet de zorg zou kunnen geven die zij nodig heeft. Bang dat er niemand is om op terug te vallen als ik hulp nodig heb. Maar door in het diepe te duiken heb ik geleerd dat ik haar prima zorg kan geven en dat, als we samen thuis zijn, we het heel fijn kunnen hebben.

Zo ook zaterdag. Eerst het ochtendflesje en daarna tijd om te spelen. Als een jonge onderzoeker tijgert ze over de vloer op zoek naar nieuwe ontdekkingen. Ik voel me blij als ik haar zo bezig zie en ik merk dat ze af en toe even naar me omkijkt om te checken of er nog contact is en of het voor haar veilig is de huiskamer nog wat verder te verkennen. Om half tien is het tijd voor haar fruithapje. Dat hapt ze lekker vlot weg en ik voel me voldaan. Ik breng haar naar bed, doe haar eerst een schone luier om en verheug me op het uurtje, misschien anderhalf of zelfs nog langer, dat ik zodadelijk heb om een aan nieuwe website te gaan werken.

Terug beneden zet ik koffie en pak mijn laptop. Lekker op de bank. Laptop op schoot, koffie naast me. Door de babyfoon hoor ik haar, ze maakt nog wat geluidjes en hopelijk valt ze snel in slaap. Ineens schiet me te binnen dat ik de meterstanden van electriciteit en gas nog wil opnemen en doorgeven aan het energiebedrijf. Vlug naar de meterkast om de standen op te nemen. Standen via Internet doorgeven en de e-mail bevestiging even uitprinten voor in onze administratie map. Nu kan ik verder met de website maar dat lukt maar niet zoals ik het wil. Ik probeer van alles uit maar krijg niet het resultaat dat ik voor ogen heb. De tijd vliegt en ik hoor mijn dochter. Is ze alweer wakker? Heeft ze wel geslapen? Ik kijk op de klok en zie dat het nauwelijks een uur geleden is dat ik haar op bed heb gelegd. Even wachten, misschien valt ze terug in slaap en kan ik uitzoeken wat er op de website gebeurt. Het geluid dat via de babyfoon de huiskamer binnenkomt wordt harder. Nee, die valt echt niet meer in slaap, ik kan haar beter uit bed halen.

Het is nog te vroeg voor haar volgende maaltijd en ik laat haar weer even in de huiskamer spelen. Vanachter mijn laptop hou ik haar in de gaten maar merk al snel dat dit niet werkt. Ik kan me niet volledig concentreren op de website en tegelijkertijd op mijn dochter passen. Terwijl ze speelt, huilt ze af en toe. Misschien wil ze even contact, aanraking, even echt samen zijn. Ik pak haar op en knuffel haar maar als ik haar daarna weer op het spelkleed zet begint ze weer te huilen. Ik maak snel wat te eten voor mezelf klaar terwijl ik haar vanuit de keuken in de gaten hou. Ik zie op de klok dat het ook tijd is voor haar broodmaaltijd en maak in de keuken haar brood klaar. Dat was ik vergeten uit de diepvries te halen dus dat vraagt even tijd om op temperatuur te komen. Ik warm het op tussen mijn handen. Ik zet mijn dochter in haar stoeltje aan tafel en geef haar kleine stukjes brood terwijl ik zelf ondertussen ook wat eet. De eerste stukjes gaan prima maar daarna slaat ze mijn hand steeds weg als ik haar een nieuw stukje wil geven. Ze zal nu toch wel honger hebben? Waarom wil ze nou niks eten? Ze begint te huilen. Ik voel me gespannen, heb behoefte aan helderheid wat er aan de hand is en wat het is dat ze nodig heeft. Ik heb ook behoefte een rust en ruimte om zelf even te eten en tot rust te komen. En oh ja, die website wil ik vandaag ook afwerken.

Ik geef de broodmaaltijd op. De vloer ligt bezaaid met kruimels. Naar de keuken een flesje melk klaarmaken, hopelijk drinkt ze die wel. En dat doet ze. Omdat het daarna nog wat te vroeg is om haar naar bed te brengen laat ik haar nog even spelen maar ze heeft het zo te merken niet naar haar zin. Het is weer huilen, haar even oppakken, dan weer laten spelen en weer huilen. In gedachten probeer ik te achterhalen waarom het met die website niet wil lukken. Ik zou willen dat ze stil was maar dat is ze niet. Dingen accepteren zoals ze zijn komt bij me op. Ja, gemakkelijker gezegd dan gedaan. Het is nu haar bedtijd en ze slaapt dit keer gelukkig snel in.

In de huiskamer eerst opruimen. Broodkruimels, speelkleed, speelgoed, flesje. Nu is het even tijd voor mezelf. Even koffie maken. Terug met de website bezig. Er komt beweging in maar het kost allemaal veel meer tijd dan ik had gedacht. Ik kan wel tevreden zijn met het voorlopige resultaat. De puntjes op de i komen later wel.

Ik hoor de voordeur. Mijn partner komt thuis. Ik baal en ben blij tegelijk. Balen dat de rust en de stilte worden verbroken en blij omdat er nu ondersteuning is en ik niet meer alles alleen hoef te doen. Ik vraag haar hoe ze het heeft gehad en merk dat ik even tijd nodig heb om over te schakelen naar haar verhaal. Ze vraagt of ik onze dochter wel heb gewassen. Nee, dat heb ik niet gedaan. “Waarom heb je dat niet gedaan?” vraagt ze.

En op dat moment lijkt het wel of al die bordjes die ik met kunst en vliegwerk aan het draaien heb gehouden op hun stokjes, stuk voor stuk kapot vallen op de grond. Ik heb werkelijk geen zin om toe te lichten waarom ik iets wel of niet heb gedaan. Ik heb vreselijk mijn best gedaan en heb daar wat erkenning van nodig. Die geef ik mezelf door even in gedachten terug te filmen wat ik allemaal heb gedaan die dag.

In kritiek, want zo klinkt de waarom-vraag voor mij, heb ik nu geen trek. Wat typisch en treurig dat als mensen je iets vragen en je het voor hun ongewenste antwoord geeft er vrijwel altijd een waarom-vraag achteraan komt. En als je het voor de ander gewenste antwoord geeft komt er geen waarom-vraag. Zo “straffen” we elkaar, door elkaar waarom-vragen te stellen.

Ik hoor haar betogen hoe belangrijk het is onze dochter elke dag te wassen en hoe normaal het is om dat te doen. Ik hoor haar nauwelijks meer. Ik voel pijn en boosheid en krijg inspiratie om hierover te schrijven. Er zullen vast en zeker andere vaders zijn die deze situatie herkennen. Dat je je best hebt gedaan en dat het in de ogen van een ander niet goed genoeg is. Verschillen accepteren is soms best moeilijk.

Bewaard onder Persoonlijk, vaderschap | Reageer

Tags: , ,

De pijnshow

Geplaatst op 31 augustus, 2008 

Gisteren deed ik mee aan de pijnshow. Ik had me daar niet voor aangemeld maar ik zat er op een gegeven moment middenin. Ik had het niet zien aan komen anders had ik wel een stapje terug gezet. Toen ik er eenmaal middenin zat was leek er maar één weg te gaan: meedoen met de show en proberen te winnen. Hoewel winnen? Een pijnshow kent geen winnaars, alleen verliezers. Dat moet ook wel want anders is het geen pijnshow.

Ik gebruik de metafoor van de pijnshow voor een ruzie die ik gisteren had. Het was niet zomaar een ruzie, het was het soort ruzie dat ik wel eens op tv zie bij Dr. Phil en waar ik dan vol afschuw over zit te oordelen. Nou is zo’n tv programma als dat van Dr. Phil ook een soort pijnshow maar dat is een ander verhaal. Wat ik bedoel zijn ouders die ruzie maken in het bijzijn van hun kinderen. Verschrikkelijk vind ik dat, vreselijk moet dat zijn voor die kinderen.

Toen ik zelf vader werd had ik een aantal goede voornemens gemaakt. Nou is het gekke van goede voornemens dat als je goede voornemens maakt je er donder op kunt zeggen dat je op de proef wordt gesteld, je wordt als het ware getest. Het gebeurde al toen mijn dochter een maand of twee was. Ik haalde haar met de auto op bij een oppasadres en had haar in de Maxi-Cosi naast me in de auto geïnstalleerd. Autorijden met een baby aan boord maakt extra bewust van veiligheid dus ik reed voorzichtig. Ik reed bij een viaduct omhoog om in te voegen op de snelweg toen ik ineens werd gesneden door een andere auto die nog net voor mij wilde invoegen. Ik moest op de rem anders had ik hem geraakt. De adrenaline gutste door me heen, van schrik. Mijn eerste reactie: middelvinger omhoog. Oei! Dat was nou net iets wat ik niet had willen doen en al helemaal niet in het bijzijn van mijn dochter. Het voorbeeld dat ik haar wil geven is iedereen met respect te behandelen. Dat goede voornemen was zojuist in rook opgegaan. Ik schrok van mijn eigen reactie. Misschien heeft mijn dochter het niet opgemerkt maar daar gaat het niet om. Mijn ‘respecteer-iedereen-code’ was gebroken.

Gisteren ging er een ander voornemen om zeep: geen ruzie maken met mijn partner waar onze dochter bij is. In zijn boek “Leer van de mensen in je leven” schrijft K. Pollak dat ruzie nooit begint met de eerste zin, ruzie begint altijd met het antwoord. Ik herken dit wel en het is precies wat er gisteren gebeurde. Want zo kwam ik ineens in de pijnshow terecht: er werd iets gezegd en er kwam een antwoord en ineens was er pijn, irritatie, boosheid  en machteloosheid. Kortom, ik zat in die show. Op zich niks mis mee, pijnuitwisseling, want dat is een ruzie in mijn beleving, is onderdeel van het leven. Het is er gewoon. Geen ontkennen aan. Maar ik had me nog wel zo voorgenomen geen ruzie te maken waar onze dochter bij is. Pats! Daar ging dus weer een voornemen aan diggelen. En met dit besef was ook de pijnshow voorbij. Geen winnaars, alleen verliezers.

Als verliezer kun je dan alleen nog je wonden verzorgen. Diep ademhalen en accepteren wat er is gebeurd. En vanuit die acceptatie kun je verantwoordelijkheid nemen. Door in het bijzijn van onze dochter te zeggen dat we de ruzie betreuren en het daarna met een kus goed te maken. En zo kun je als verliezer er toch voor zorgen dat er nog wat te winnen valt, dat er zelfs voor iedereen wat te winnen valt.

Misschien zijn voornemens juist bedoeld om ooit eens te sneuvelen en is de head fake, dat wat je indirect leert als je goede voornemens maakt, juist wel om daar mee om te gaan. Om te accepteren wat geaccepterd moet worden. Om te repareren wat gerepareerd moet worden. Om te zeggen wat gezegd moet worden. Om te doen wat gedaan moet worden. Leuk is het niet, wel nuttig. Mensen zijn zo heerlijk perfect in hun imperfectie.

Bewaard onder Boeken, Persoonlijk, vaderschap | Reageer

Tags: ,

← Vorige pagina