Pinksteren en wiskunde

Geplaatst op 1 juni, 2009 

Pinksteren doet me aan mijn oude wiskundeleraar denken. De man, berucht om zijn ‘zwarte humor’ zei, als iemand een onvoldoende had voor een proefwerk: ‘Het wordt tijd dat het Pinksteren wordt, dan komt de Heilige Geest’. Daar moet je van houden van dat soort humor. Ik hield er niet van. En ik hield nog minder van zijn afkortingen.

We kregen onze proefwerken terug en op het mijne stond in de kantlijn met rode pen de afkorting BL gekrabbeld. Ik had geen idee wat het betekende en durfde het ook niet te vragen. ‘Meneer, wat betekent BL?’ vroeg iemand anders? Met zo’n kamikaze actie vraag je om problemen. Meneer de wiskundeleraar zei niets en liep langzaam in de richting van het tafeltje waar de vraag vandaan kwam. Ging naast het tafeltje staan, trok nog een paar keer aan z’n sigaret (jawel, in die dagen mocht het onderwijzend personeel roken in de klas) , en zei toen de spanning ondraaglijk werd met stemverheffing: BLUNDERRRRRRRR. De letter R rolde door de klas, elk plezier in het vak wiskunde grondig verwoestend.

Aha, BL betekende dus blunder.

Deze herinneringen, of misschien door toedoen van de Heilige Geest, brachten me op een idee.

Proefwerkcijfers fungeren in het onderwijs als feedback voor in welke mate iemand zich de lesstof eigen heeft gemaakt. Cijfers hebben consequenties. Als je maar genoeg onvoldoendes scoort mag je het leerjaar nog een keertje overdoen en met nog meer onvoldoendes mag je een andere school gaan zoeken. Cijfers hebben consequenties: voor de leerling!

Misschien is het wel andersom, dat een cijfer iets zegt over de mate waarin de leraar de leerlingen enthousiast heeft kunnen maken voor zijn vak, zegt het iets over de bijdrage die de leraar heeft geleverd aan het plezier in leren, zegt het iets over de kwaliteiten van het leraarschap. Het is vaak de leerling die voor de consequenties van de onvoldoendes mag opdraaien en de rol van de leraar blijft buiten beschouwing. Maar ja, hoe kan het ook anders want het is de leraar zelf die de cijfers bepaalt. Maar elk cijfer dat hij of zij geeft is eigenlijk een cijfer voor het leraarschap.

Die BL was dus feitelijk een staaltje van zelfreflectie.

Bewaard onder Persoonlijk

Tags:

Reacties

7 Reacties to “Pinksteren en wiskunde”

  1. Gertrud Althausen on juni 1st, 2009 09:42

    yep – metaphysica: de observant beinvloedt het observeerde object en dat geldt voor alles: rechters, politieagenten, stadswachten, chefs, leraren en des meer….je ontmoet wat je zelf hebt en je bekijkt het vanuit jou oogpunt,mening, opvatting.

  2. Gertrud Althausen on juni 1st, 2009 09:44

    PS: dus concluderend uit voorgaande en inmiddels wetende wat betreft mijn Bullstronk: ik had dus ook een heuse heks in mij, maar dan een vriendelijke witte!

  3. Peter de Kock on juni 1st, 2009 10:07

    Dank je wel Gertrud, dit artikeltje is tot stand gekomen dankzij onze inspirerende uitwisseling gisteren op Twitter.

  4. katinka on juni 2nd, 2009 14:34

    Tja – als voormalig wiskunde docent wordt ik hier wel een beetje treurig van. Natuurlijk zijn er leraren die het slecht doen, ofwel door slecht uit te leggen, ofwel door niet te motiveren. Of door geen orde te kunnen houden (dat laatste was mijn probleem).

    Maar de meeste leraren toetsen heel precies (zeker wiskunde leraren). Dat wil zeggen dat de toets wel degelijk iets zegt over de vaardigheden van de leerling – en die heeft gewoon de verantwoordelijkheid om te zorgen dat hij (of zij) de stof beheerst. Dat is een combinatie van oefenen, intelligentie en een goede uitleg krijgen (tijdelijk bijles of uitleg thuis kan nodig zijn).

    Docenten krijgen les in het maken van toetsen. In Nederland houdt dat in dat een goede toets differentiërend is op niveau, kennis en vaardigheden. Normaal gesproken is een zes te halen voor wie goed op let en hard werkt (en op het juiste niveau zit).

    Docenten zitten met de moeilijkheid dat iedereen denkt iets van onderwijs te weten – want we hebben allemaal op school gezeten… Maar zo simpel is het zeker niet.

  5. Peter de Kock on juni 2nd, 2009 21:04

    Dank je wel Katinka. Wat een verrassing! Want wat is de kans dat iemand uit het vak wiskunde nou net deze blog post leest? Dat het zo simpel allemaal niet is wil ik graag geloven. Mijn partner zit ook in het onderwijs en zij doet haar stinkende best zo goed als maar mogelijk is les te geven. En ik heb behalve de wiskunde leraar uit het voorbeeld ook andere leraren gehad waar ik veel respect voor heb. De meneer uit het voorbeeld was voor mij een soort van nachtmerrie en ik ben alleen daarom al niet objectief.

  6. Kurai on juni 10th, 2011 09:53

    Een cijfer alleen zegt erg weinig, je moet het afzetten tegen het gemiddelde, bekijken wat het te verwachten niveau was, het zegt inderdaad net zoveel over degeen die het cijfer geeft, een goede leraar zal hier op inspringen om zijn lesstof en begeleiding op aan te passen.

    en echt objectief zijn, dat is schier onmogelijk.

  7. Peter de Kock on juni 10th, 2011 10:29

    Mijn wiskunde leraar was absoluut niet in staat om welke vorm van begeleiding dan ook aan te bieden @Kurai. Schiet me ineens aan ander slogan van hem te binnen: SPULLEN LEREN.

Laat je reactie achter!