Verhalen als slachtofferpatronen

Geplaatst op 2 september, 2011 

Even luchtig beginnen want de rest van deze blogpost is niet bepaald om te lachen:

Telefoon defect

Een tijdje geleden was mijn telefoon defect. Ik bracht het toestel voor reparatie naar de KPN telefoonwinkel en drie weken later kreeg ik bericht dat ik het weer kon ophalen. Terug thuis merkte ik dat de SD kaart met daarop mijn foto’s en video’s niet meer in mijn toestel zat.

De volgende dag ging ik terug. Helaas was de KPN meneer die me eerder had geholpen niet aanwezig en hielp een andere KPN meneer me. Nou ja, helpen?

Hij vond het nodig te vragen of ik wel zeker wist dat er een SD kaart in mijn toestel zat toen ik het ter reparatie aanbood. Toen ik vertelde dat de SD kaart voor mij belangrijke data bevat, vond hij het ook nodig te vertellen dat er op een SD kaart geen data staat maar dat data op Internet staat.

Kun je een probleem niet oplossen, ontken dan dat er een probleem is. Misschien een strategie die voor KPN werkt en waarmee ze oude mensen zonder kennis van zaken met lege handen terug naar huis kunnen sturen, voor mij werkt het in ieder geval niet. Ik ging naar huis met de toezegging dat ik na het weekend een telefoontje zou krijgen over mijn SD kaart.

Dat telefoontje kreeg ik via een voicemail bericht. Wat ik ervan begreep was dat KPN vond dat ik als klant ook een bepaalde verantwoordelijkheid had (welke dat dan was, werd niet verteld) en dat ik in de KPN telefoonwinkel een nieuwe SD kaart kon krijgen. Correctie: kon kopen. Met korting, dat wel.

Verhalen vertellen

Ik kon pas woensdag weer naar de KPN winkel waardoor ik twee dagen had om mezelf een aantal verhalen te vertellen over deze situatie. Nou, dat heb ik geweten.  In gedachten bereidde ik een speech voor waar Fidel Castro jaloers op zou zijn. Betalen voor een door KPN kwijt  gemaakte SD kaart, dat nooit. Maar het ging om meer dan alleen mijn SD kaart: ik zou KPN naar een faillissement toe praten.  Ik voelde me steeds bozer en gefrustreerder worden.

Mijn bezoek aan de KPN winkel kwam dichterbij en ik werd bang van de impact van mijn eigen speech. Ik zag de beelden van een flinke ruzie in de KPN winkel al voor me.

Probleem oplossen

Uiteindelijk kreeg ik gratis een nieuwe SD kaart en excuses voor het verdwijnen van mijn foto’s en filmpjes. Het gebeurde zonder enige discussie of strijd, alsof het voicemail bericht over eigen verantwoordelijkheid en betalen voor een nieuwe SD kaart nooit had bestaan.

Wat wellicht heeft geholpen waren de eerste woorden die ik tegen de KPN meneer sprak die me in eerste instantie had geholpen met mijn defecte telefoon en die ook het voicemail bericht had ingesproken.  Ik zei: ‘Ik wil graag samen met jou het probleem van mijn SD kaart oplossen’.

Binnen tien minuten stond ik terug buiten met een nieuwe SD kaart. Natuurlijk baal ik ervan dat mijn foto’s en video’s kwijt zijn. Ik heb wel een vrij recente backup maar daar staan nou net de laatste foto’s van mijn motorvakantie niet op. Het idee dat er ergens een SD kaartje rondslingert met mijn privé data (jawel KPN: data, data, data) bevalt me nog steeds niet.

Slachtofferpatronen

Wat me al helemaal niet bevalt, is hoe ik mezelf dagen lang allerlei verhalen en scenario’s heb verteld en hoe ik daar een enorme donderspeech van maakte. Zonde van de tijd en de energie en dodelijk voor mijn plezier en innerlijke rust. Maar misschien heeft het me uiteindelijk toch geholpen om uit al deze zelf gecreëerde ellende dat ene zinnetje te destilleren: ‘Ik wil graag samen met jou het probleem van mijn SD kaart oplossen’.

Ik doe dus net als Bert: ik verzin allerlei verhalen over een situatie en creëer daarmee een bepaald gevoel of een mix van gevoelens. Meestal verzin ik verhalen waardoor ik me boos, gefrustreerd, machteloos, gespannen of bang voel of een combinatie hiervan. En die gevoelens voeden de verhalen weer waardoor de vicieuze cirkel op gang komt.

Over slachtofferpatronen gesproken…

Misschien heeft het ermee te maken dat niet weten wat er aan de hand is en wat de mogelijke consequenties zijn, doodeng is en dat ik dit ‘zwarte gat’ dan maar opvul met verhalen en scenario’s.

Ik zal Bert eens vragen waarom hij het doet. En als ik Ernie zou vragen hoe  hij het anders doet, zal hij waarschijnlijk zeggen dat hij zichzelf gewoon leuke verhalen vertelt.

Ernie: geef je ook workshops?

Bewaard onder Persoonlijk | 8 Comments

Tags: , ,

M, waar ben je? Leef je nog?

Geplaatst op 1 september, 2011 

Dinsdag kreeg ik een mailtje van W:

Ik reed zondag langs het huis van M en zag haar huis leeg en te koop staan. Weet jij hoe het met haar is?

Ik schrok. W en ik hadden M vorig jaar voor het laatst gezien toen we met z’n drieën gezellig uit eten waren geweest. M had af en toe moeite het gesprek te volgen maar W en ik waren blij dat ze er bij kon zijn. Ze had een lang en zwaar traject achter de rug nadat ze in december 2008 een hersenbloeding had gekregen.

Meteen checkte ik de website van M: uit de lucht. Ik schrok nog meer. Het was al te laat om M te bellen.

Woensdagochtend met een zwaar gevoel in mijn buik haar vaste en mobiele telefoon geprobeerd maar de nummers bleken niet meer te bestaan. Haar een mailtje gestuurd en ik kreeg meteen een melding retour dat ook haar e-mail adres niet meer bestaat.

M, waar ben je? Leef je nog?

Op 31 oktober 2007 stelde ze zichzelf voor als M. Haar interesse was gewekt door de elevator pitch die ik had afgevuurd tijdens een bijeenkomst van startende ondernemers.

Het klikte meteen en tijdens de borrel na afloop van de bijeenkomst maakten we meteen plannen om samen met een aantal startende ondernemers een netwerk op te zetten in de regio Breda. Een paar maanden later was het al zover: de eerste netwerkbijeenkomst.

M en ik hadden verschillende afspraakjes, altijd gezellig en inspirerend. Soms samen zoals tijdens een eindejaarsbijeenkomst van de KvK (waar we helemaal niks aan vonden behalve het cabaret) en soms met W erbij, een gemeenschappelijke vriend van M en mij.

M en ik wisselden tips, informatie en ervaringen uit op het gebied van ondernemen. Als ze voor mij tips en ideeën had, en die had ze eigenlijk altijd, waren het er meteen zoveel tegelijk dat ik ervan duizelde. Overal zag ze kansen en mogelijkheden voor zichzelf, voor mij en voor haar cliënten.

In december 2008 stond ik in op de Grote Markt in Breda op haar te wachten voor weer een leuk afspraakje. Ze kwam niet opdagen en toen ik haar nummer belde nam haar vader of schoonvader de telefoon op. Hij vertelde dat M in het ziekenhuis lag en dat ze een hersenbloeding had gehad.

Pas in mei 2009 hadden we weer contact. M kon toen net weer een beetje praten maar het duurde tot mei 2010 voor we weer konden afspreken. Het werd het laatste afspraakje dat ik met M heb gehad, samen met W.

M, waar ben je? Leef je nog?

Ik lees wel van die blogs en inspirerend bedoelde citaten dat je elke dag moet leven alsof het je laatste is, dat je elk contact moet vieren alsof het de laatste keer is dat je elkaar ziet. Ik kan dat niet.

Als ik aan M denk voel ik me bedroefd dat ik tijdens haar herstel niet vaker van me heb laten horen. En ik voel me nog bedroefder dat ik sinds ons laatste afspraakje niks meer van me heb laten horen.

Het ga je goed M en tot de volgende keer, dat schreef ik haar de dag na ons laatste afspraakje. Wat bezielde me ervan uit te gaan dat er een volgende keer zou komen? Wat ben ik voor een vriend?

Maar wat maakt het uit. M is weg. Misschien wel voor altijd. Misschien heeft ze de jackpot gewonnen en leeft ze nu ergens als god in Frankrijk.

M, ben je in Frankrijk en leef je als god?

Bewaard onder Persoonlijk | 8 Comments

Tags:

← Vorige pagina