Angst voor verlies – deel 2

Geplaatst op 9 februari, 2010 

Na de cliffhanger waarmee ‘Angst voor verlies – deel 1‘ gisteren afsloot, volgt hier de ontknoping.

Ik dacht terug aan die muts. Het had me verbaasd hoe graag ik hem terug wilde hebben en wat het verlies ervan met me deed. Ik was bereid geweest 15 kilometer extra te fietsen om die muts terug te vinden. Het was toch maar een muts en toch……  Ik was iets verloren en dat deed wat met me.

Faalangst, zelfsabotage, weerstand en meer van dat soort ‘duistere innerlijke subroutines’ zullen best een rol spelen bij het schrijfproces, maar wat hier nog dieper onder ligt, is de angst voor verlies. Angst voor verlies levert de brandstof voor zelfsabotage en weerstand en kan er  aan de buitenkant uitzien als faalangst. Het is vaak niet de angst om te falen maar de angst  iets te verliezen die de boel blokkeert.

Als je langere tijd een plan hebt, een verlangen, een droom, dan bouw je daar een heel verhaal omheen zoals ideeën en beelden over hoe het er in werkelijkheid uit zou zien. Met zo’n verhaal bouw je als het ware een relatie op: je staat ermee op en gaat ermee naar bed 🙂

Je gaat aan de slag om je plan, verlangen of droom te laten uitkomen. Dat gaat een tijdje voorspoedig tot het op een gegeven moment serieus wordt en het plan, verlangen of droom daadwerkelijk op weg is naar realisatie. Dat is zo’n beetje het punt waarop een raket de aantrekkingskracht van de aarde nog voelt maar ook de gewichtloosheid van de ruimte. De raket kan twee kanten op: terug naar aarde vallen of nog wat extra kracht gebruiken om aan de aantrekkingskracht van de aarde te ontsnappen en te zweven in de gewichtloosheid.

Op dat cruciale punt van bijna-realisatie beginnen sabotage en weerstand harder te duwen en te trekken. Ik heb me lange tijd afgevraagd wat daarvan het nut is, ervan uitgaande dat alle gedrag, hoe zinloos het er ook uitziet, een bedoeling heeft.

Sabotage en weerstand hebben een beschermende functie, ze beschermen tegen de angst voor verlies. Het verlies dat zou ontstaan als het plan, verlangen of droom werkelijkheid wordt. Eenmaal werkelijkheid is er het verlies. Het verlies van het plan dat niet langer een plan is. Het verlies van het verlangen dat niet langer een verlangen is. Het verlies van de droom  die niet langer een droom is. Het verlies van het verhaal, de ideeën en beelden  Het verlies van de relatie met het verhaal.

En natuurlijk komt er voor dat verlies van alles in de plaats. Er komen ook weer nieuwe plannen, verlangens en dromen. Maar die relatie met dat ene plan, verlangen of droom is weg, voor altijd.

Alles verandert, alles is tijdelijk. En als je een leven lang van alles hebt verloren mag je aan het eind van de rit ook je eigen leven verliezen.

Leven is leren omgaan met verlies. Wij hebben in onze westerse cultuur niet de ceremonieën om op een emotioneel gezonde manier verliezen te vieren. We nemen er ook niet de tijd voor,  ‘mogen’ een dag, hooguit een week rouwen en ‘moeten’ dan weer overgaan tot de orde van de dag. We stapelen verlies op verlies zonder echt te voelen en te verwerken.

En daarom kan het minste of geringste verlies de angst voor verlies triggeren.

Wat betekent dit voor mijn schrijfproces?

‘When you want something, the whole Universe conspires to help you realize your desire’ (Paulo Coelho).

Het hele universum helpt om verder te schrijven. Door me mijn muts te laten verliezen, door me vragen te stellen via een blogvriendin en door me aan nieuwe inzichten te helpen.

Bewaard onder Persoonlijk, Schrijven | 8 Comments

Tags: , , , , ,

Angst voor verlies – deel 1

Geplaatst op 8 februari, 2010 

Nadat ik het interview met Mark David Gerson had gezien, was ik begonnen met schrijven in een zwart gat: controle loslaten en schrijven maar, de touwtjes in handen geven van dat wat verteld en geschreven wil worden.

Ik zit nog in de fase van dialoogvoering met het betreffende verhaal maar de sfeer is een beetje grimmiger geworden. Zo van: best leuk en aardig hoor zo’n uitwisseling maar wanneer wordt het nou eens concreet, waar blijft dat verhaal met een begin, een midden en een eind, met een thema en verhaallijn?

En dan krijg ik als antwoord dat ik geduld moet hebben, dat er eerst nog wat aan onze relatie moet worden gewerkt. Het verhaal waarmee ik aan het communiceren ben heeft zo waar enkele vrouwelijke eigenschappen 🙂

Een blogvriendin vroeg me vorige week per e-mail met welke schrijfprojecten ik bezig was. Ik schreef haar onder andere over mijn project ‘verhaal vertelt’, het verhaal dat zichzelf aan mij vertelt. Ik schreef haar dat ik al een tijdje het idee heb dat er een verhaal op mijn deur klopt en dat ik via de methode van Mark David Gerson het verhaal zichzelf wil laten vertellen.

De dag na ons e-mail contact fietste ik ’s middags naar huis. Onderweg had ik mijn wintermuts in mijn jaszak gestopt omdat ik het warm had. Toen ik thuis van mijn fiets afstapte, merkte ik meteen dat mijn jaszak leeg was: ik was mijn muts verloren. Het was nog licht buiten en ik reed terug om mijn muts te zoeken.  Ik zou hem onderweg vast en zeker ergens langs de kant van de weg zien liggen. Ik fietste verder en verder en zag geen muts. Ik gaf de zoektocht op en hoopte dat mijn muts nu in het bezit was van iemand die dringend een warme muts nodig had. Hoewel ik de zoektocht had opgegeven, merkte ik dat ik terug op weg naar huis toch bleef kijken of ik niet toevallig mijn zwarte muts ergens zag liggen.

’s Avonds had ik in mijn mailbox weer een berichtje van mijn blogvriendin. Ze stelde me een vraag over mijn schrijfproces:

…if the story is knocking (on your door), what do you think keeps you from opening the door? what are you afraid of?….. By keeping your story at bay, what are you protecting yourself from?

Het zal wel faalangst zijn dacht ik en wilde er verder geen aandacht aan besteden. Maar haar vraag had al iets getriggerd, iets dieper en wezenlijker dan faalangst.

Na deze ‘cliffhanger’ morgen deel 2 van ‘Angst voor verlies’.

Bewaard onder Persoonlijk, Schrijven | 11 Comments

Tags: , ,

Vraag en antwoord: mijn vriend inspireert mij niet

Geplaatst op 5 februari, 2010 

In de serie ‘Vraag en antwoord’ de lezersvraag:

Mijn vriend inspireert mij niet

Als ik de overtuiging zou hebben dat mijn vriend(in) mij moet inspireren en hij/zij doet dat niet, dan zou ik me flink pissig voelen. Zo’n overtuiging schreeuwt om ‘the Work’ van Byron Katie. Stel jezelf de vier vragen en verwonder je om de uitkomst.

Maar ik zie ook de humor wel in van zo’n vraag want die vriend inspireert namelijk wel. Hij inspireert om op Internet op zoek te gaan, om te gaan Googelen op ‘mijn vriend inspireert mij niet’. En dankzij die vriend is er een lezer op mijn toch wel inspirerende blog terecht gekomen. Bedankt die vriend maar namens mij.

En nou een fijn en inspirerend weekend allemaal 🙂

Bewaard onder Vraag en antwoord | 4 Comments

Tags: ,

Hoe zie jij het grote plaatje?

Geplaatst op 4 februari, 2010 

Het is alweer een paar maanden geleden dat ik op de blog van Tim Bronwson het artikel ‘What’s your big picture’ las. Op de één of andere manier prikkelde het me er iets mee te doen en ik nam een citaat uit het artikel over in mijn kladschrift waar ik alle blog ideetjes verzamel:

The big picture involves your purpose for existence, it involves knowing what you really want out of life and the level of identity. It involves words and phrases like leaving a legacy, significance, making a difference, setting an example, helping others etc. (Tim Brownson)

Ik bleef met de grote vraag achter: what’s my big picture? Telkens als ik door mijn blog-kladschrift bladerde kwam ik het citaat tegen en had ik niet het antwoord waar ik van plezier en opwinding achter mijn computer vandaan spring.

Tot ik vandaag een interview zag en hoorde met Joe Rumbolo.  Joe zegt daarin het volgende over ‘the big picture’:

If you get that there is something that you are supposed to do, and I mean you really get it, and it resonates with you, don’t worry about all the people that tell you: ‘You can’t do it, that’s really silly, there is no way that you’re ever going to be able to do it’. What I am saying is: ‘Just go do it’. If it resonates with you and you know that you are supposed to, just go do it. Don’t worry about whether or not what you are doing is going to fit into the big picture of things. Don’t worry about that. Just go do whatever that thing is because I am going to tell what’s going to happen. What’s going to happen is that big picture is going to catch up to you. And you don’t have to worry about fitting into the big picture. Just allow the big picture to just surround you. Just allow that to surround you. I tell you it’s the most phenomenal feeling. It is just totally incredible.

Ik denk dat Tim Brownson en Joe Rombolo in essentie hetzelfde bedoelen. Maar Joe zegt het op een manier waarmee ik het onderwerp ‘big picture’ met vertrouwen kan laten rusten. Voorlopig dan 🙂

Een bijzonder intrigerende filmpje vond ik via Erno Mijland:

Hier speelt ‘the big picture’ een wel heel letterlijke rol. Als je het grote plaatje eerst wilt zien en doorgronden, dan zie je het niet (die volwassenen) en als je gewoon doorgaat je blaadjes vol te kleuren (het kind) dan komt het grote plaatje vanzelf.

Bewaard onder Inspiratie, spiritualiteit | 6 Comments

Tags: ,

De betekenis van het weeralarm

Geplaatst op 3 februari, 2010 

Wat ik eerder blogde over centrale deurvergrendeling om ons van die nationale winter-hulpeloosheid af te helpen, bracht me in contact met de harde realiteit. De realiteit van het harde asfalt wel te verstaan.

Ik rij op de fiets en laat zonder valpartijen het donkerste en glibberigste gedeelte door de polder achter me. Voor me ligt de bebouwde kom, een rechte weg en goed verlicht. No problem. Rechts, op een paar meter afstand, zie ik opeens hoe een vrouw lopend naast een fiets beladen met krantentassen, de weg wil oversteken. Ik bel en roep om haar te waarschuwen. Ze kijkt even naar me om en zet door: ze steekt over. Ik heb twee keuzes: rechtdoor en tegen haar aan knallen of remmen. Ik kies voor het laatste en zodra ik rem, ga ik al onderuit. Het is er spiegelglad. In mijn poging een aanrijding met haar te voorkomen ga ik plat.

Ze heeft me gezien en gehoord en toch steekt ze vlak voor mijn neus over terwijl het daar ook nog eens zo glad is. Ik kom hard neer op mijn rechterbeen en voel me woedend dat ik door haar onvoorzichtigheid op de grond lig en zij doodleuk verder loopt. Ik roep haar na dat ze moet uitkijken en op de stoep moet blijven staan. Mijn stem klinkt hard want het is nog stil en donker op straat. Het enige dat ze antwoordt is ‘Ik kan er niks aan doen’ en ze wijst op haar krantentassen. Ik heb geen idee wat die daarmee te maken hebben. De naam van het noodlijdende oude media bedrijf kan ik net niet lezen. Het schokt me nog het meest dat ze gewoon verder loopt zonder dat ze me helpt opstaan of even checkt of ik niks heb bezeerd.

Een minuut of tien later ben ik bijna op mijn bestemming. Nog één bocht. Ik zie het asfalt al glinsteren, uitkijken dus. Ik minder snelheid en hoor ineens hoe een auto vlak achter me hetzelfde doet. Ik zie hem naast me komen op een afstand van ongeveer 50 – 100 cm. Als ik mij arm strek kan ik hem aanraken. Ik ga door die bocht en die auto ook. Hij is vlak bij me als ik voel hoe mijn achterwiel begint te schuiven. Ik schrik. Het lukt me overeind te blijven. Ga ik hier onderuit, dan lig ik onder die auto.

Zomaar een winterse Hollandse dag op de fiets.

Het winterweer is niet het probleem. Het gedrag van de mensen is het probleem. De straat oversteken terwijl er net een fietser aan komt rijden, dat is het probleem. Met de auto veel te weinig afstand houden van een fietser, dat is het probleem.

Ik wil graag het plan van de centrale deurvergrendeling herzien: er moeten seizoenscertificaten komen. Elke Nederlander moet een certificaat halen voor die seizoenen waarin hij of zij buiten wil komen. Zo kun je kiezen of je een winter-, lente-, zomer- of herfstcertificaat haalt of een combinatie van verschillende certificaten. Voordat je het certificaat krijgt moet je een training volgen bestaande uit een theorie- en praktijkdeel gericht op de specifieke weersomstandigheden en gevaren van dat seizoen. Als je slaagt voor het examen krijg je het certificaat en mag je de straat op. Slaag je niet, dan blijf je binnen.

Die krantenmevrouw die ineens de weg overstak kan haar wintercertificaat vergeten. Gezakt. Die automobilist die veel te weinig afstand hield kan zijn wintercertificaat vergeten. Gezakt. Deze mensen blijven ’s winters gewoon binnen.

Ik passeerde ook een wegomleiding. Dat wil zeggen: auto’s mogen de kortste weg nemen en rechtdoor blijven rijden, de fietsers die normaal gesproken ook rechtdoor rijden, moeten omrijden. Nou vind ik dat al tamelijk ongewoon maar het ergste komt nog. De route rechtdoor voor de auto’s is gestrooid en sneeuw- en ijsvrij. De omleiding voor de fietsers van ongeveer een kilometer, gaat dwars door een woonwijk. Daar is niet gestrooid, overal ligt sneeuw en ijs. En daar mogen de fietsers overheen glibberen.

Het brein dat deze wegomleiding heeft bedacht krijgt ook geen wintercertificaat. Gezakt. Binnen blijven volgende winter.

Een weeralarm betekent niet dat je moet uitkijken voor het weer maar dat je moet uitkijken voor het onverantwoordelijke gedrag van andere mensen.

Ik zie een goudmijntje in die trainingen en seizoenscertificaten . En het wordt weer lekker rustig en veilig op straat.

Bewaard onder Actualiteit, Persoonlijk | 8 Comments

Tags: ,

Centrale deurvergrendeling

Geplaatst op 2 februari, 2010 

Centrale deurvergrendeling? Waar gaat dit nou weer over? Als je in de toekomst kon kijken,  zou je zien dat ‘Centrale deurvergrendeling’ de naam is van nieuwe wetgeving die later dit jaar een eind maakt aan onze nationale hulpeloosheid.

Want wat zijn we toch een hulpeloos clubje geworden zeg. Ik bedoel de media berichtgeving over de winter. Wist jij dat de winter zo gevaarlijk kon zijn? Nou, ik niet en elke dag hoor en lees ik erover. En daarom grijpen de wetgevers later dit jaar hard in met de wet ‘Centrale deurvergrendeling’.

Je kent dat systeem vast wel van je auto: je drukt op een knopje van de afstandsbediening en alle deuren van je auto gaan automatisch op slot.

Alle huizen in Nederland krijgen later dit jaar een elektrisch deurslot dat is aangesloten op een landelijk systeem. Het knopje waarmee dit landelijk systeem kan worden bediend, bevindt zich bij het KNMI. Als het KNMI denkt dat het gevaarlijk weer wordt (regen, sneeuw, ijs, kou, warmte, wind), dan kan het met één druk op de knop alle voordeuren in Nederland vergrendelen. Alle voordeuren op slot zodat we met z’n allen veilig binnen moeten blijven.

Er zullen kamervragen komen waarom de put pas wordt gedempt als het kalf verdronken is. Er zullen aanvullende maatregelen worden geëist zoals goed gevulde dekenkisten bij elke praatpaal en verplichte survival training op de Noordpool als onderdeel van het inburgeringstraject. En er zal een denktank komen die gaat studeren op het overkappen van heel Nederland.

Vandaag ga ik er op de fiets weer doorheen, door de sneeuw en gladheid, automobilisten trotserend die geen rekening houden met fietsers. Hopelijk kom ik vanavond veilig thuis. Heeft het lot andere plannen met mij, dan wil ik op mijn grafsteen het weerbericht van vandaag gegraveerd. Ter herinnering aan hoe wreed het weer kan zijn. Zie het maar als nationale waarschuwing.

Bewaard onder Actualiteit, Mening | 6 Comments

Tags: ,

Afspraak is afspraak

Geplaatst op 1 februari, 2010 

Afspraak is afspraak

Hij valt nog regelmatig in brainstormsessies over samenwerking: afspraak is afspraak. Een afspraak is heilig en als je een afspraak maakt dan moet je je daaraan houden. Punt.

Een afspraak is een overeenkomst die mensen vrijwillig met elkaar maken. Als mensen met elkaar afspraken maken, rekenen ze erop dat die afspraken worden nagekomen. Dat is de achterliggende aanname: een afspraak wordt nagekomen. En dat is logisch want anders maak je geen afspraak.

Als iemand zijn of haar aandeel in de afspraak niet nakomt, kan dat bij de anderen teleurstelling en boosheid triggeren. Waarom? Omdat iemand zijn of haar afspraak niet nakomt? Ik denk dat die teleurstelling en boosheid eerder het gevolg zijn van de aanname die in zo’n geval niet klopt: de aanname dat afspraken worden nagekomen. Want die aanname klopt niet altijd, afspraken worden niet altijd nagekomen.

Hier ligt een wereld van verschil. Als ik me teleurgesteld of boos voel omdat iemand zijn/haar afspraak met mij niet nakomt, kan ik gemakkelijk met de vinger naar die ander wijzen en denken dat het de ‘schuld’ van de ander is dat ik me teleurgesteld en boos voel. Ik maak de ander dan verantwoordelijk voor hoe ik me voel en voor wat er in mij omgaat.

Maar als ik vanuit mijn teleurstelling en boosheid de stap kan maken naar mijn eigen aannames en verwachtingen (bijvoorbeeld de aanname en verwachting dat afspraak is afspraak), dan hou ik de verantwoordelijkheid voor wat ik voel en wat er in mij gebeurt bij mezelf en kan ik van daaruit actie ondernemen. Dat dit niet altijd even simpel is, onderschrijf ik. Bijvoorbeeld als het gaat om een afspraak waar ik me veel van heb voorgesteld en die onverwachts niet door gaat.

En afspraak is een afspraak totdat iemand zijn/haar aandeel in de afspraak opzegt. Dat klinkt al heel anders dan afspraak is afspraak.

Als ik met jou afspreek dat we elkaar om half drie op het station zien en het lukt jou niet om die afspraak na te komen, dan wil ik graag dat je me dat even laat weten. Stel dat je onverwachts met je zoon of dochter naar de dokter moet, dan wil ik graag dat je naar de dokter gaat in plaats van naar het station voor onze afspraak. Dan heb ik helderheid en weet ik ook waar ik aan bijdraag door onze afspraak niet door te laten gaan.

Nou gaat die afspraak op het station dus niet door. Maar wat dan?

Een afspraak is een afspraak totdat iemand zijn/haar aandeel in de afspraak opzegt waar dan een nieuwe afspraak over wordt gemaakt.

Die nieuwe afspraak kan zijn dat we een ander keer afspreken of dat we afspreken het afspraakje te laten vervallen want dat kan natuurlijk ook. Maar dan is er in ieder geval interactie over de afspraak en dat is volgens mij de bedoeling ervan: interactie.

Daarom klinkt voor mij ‘afspraak is afspraak’ zo statisch en doods. En klinkt ‘een afspraak is een afspraak totdat iemand zijn/haar aandeel in de afspraak opzegt waar dan een nieuwe afspraak wordt gemaakt’ dynamisch en levendig en ook veel realistischer.

Het is niet voor niks dat ‘afspraak is afspraak’ steeds terugkeert in brainstormsessies. ‘Afspraak is afspraak’ werkt niet. Maar het staat leuk in de notulen zodat mensen ernaar kunnen verwijzen als een afspraak niet wordt nagekomen. Kunnen ze niet met één maar met twee vingers wijzen.

Bewaard onder Communicatie | 4 Comments

Tags: ,

← Vorige pagina