Eindejaarsvragen

Geplaatst op 23 december, 2013 

Wat heeft me het afgelopen jaar voldoening gegeven?
Bloggen, hardlopen, tai chi, gitaar spelen, afspraakjes met vrienden, motorvakantie, de start van een wijkblog en het werk aan buurtdemocratie.

Om dat laatste er even uit te lichten:
Tot de ontdekking komen dat de hele wereld inderdaad veranderbaar is en dat het kan beginnen in eigen straat, buurt en wijk. Dat veel van wat ik ooit geleerd hebt ineens van pas komt.  Dat iets kleins zoals een wijkblog in korte tijd kan uitgroeien tot nieuwe activiteiten die vooraf ondenkbaar waren en die aanvoelen alsof ik ze al jaren doe. En dat uit alle hoeken en gaten spontaan bruikbare informatie en contacten opduiken.

Waar ben ik nieuwsgierig naar het komende jaar?
Hoe een hele wijk in beweging komt en overvloed gaat stromen naar die plekken waar schaarste is.  Hoe zonder management, hiërarchie en pakken met procedures een wijk zichzelf opnieuw uitvindt en oplossingen weet te realiseren die met management, hiërarchie en procedures het daglicht nooit zouden zien.

Wat doet me vermoeden dat 2014 een goed jaar zal worden?
Dat er in korte tijd al zoveel is gebeurd en er zoveel betrokken mensen in de wijk wonen.  Dat er zoveel is te doen in de wijk dat progressie vrijwel meteen zichtbaar is. Dat er dankzij social media aansluiting en uitwisseling is met andere wijken en steden waar bewoners hun eigen wijk weer tot hun eigen wijk maken.  Dat dankzij de ‘crisis’ overheden ook geen antwoorden en oplossingen meer hebben en daardoor open staan voor lokale initiatieven.

Credits: deze vragen zijn afkomstig van ‘Progressiegericht werken‘ van Gwenda Schlundt Bodien. Bedankt Gwenda.

Bewaard onder Oplossingsgericht werken, Persoonlijk | Reageer

Tags: , , , , ,

Waarom doen we toch zo moeilijk?

Geplaatst op 25 februari, 2013 

Daarover ging het naar aanleiding van de blogpost ‘Ploep’ van Petra Maartense’.

Een seconde, misschien twee of drie, zocht ik naar antwoorden. Ja, waarom doen we eigenlijk zo moeilijk? Iets met patronen, de menselijke conditie, verslaving, dat soort werk.

STOP, HOU OP!.

Als een auto technische problemen heeft, is het handig op zoek te gaan naar de oorzaak om het probleem te kunnen verhelpen. Bij menselijk gedrag ligt het veel ingewikkelder.

Vraag tien willekeurige mensen naar het waarom van menselijk gedrag en je krijgt tien verschillende antwoorden. Vraag het honderd professionals zoals psychologen, therapeuten en coaches, en je krijgt duizend verschillende antwoorden.

Een focus op oorzaken maakt het probleem eerder groter dan kleiner. Hoe meer je zoekt naar oorzaken, hoe meer je er zult vinden. En wil je die dan allemaal gaan oplossen? Tegen de tijd dat je meer dan drie oorzaken hebt gevonden, en die vind je, slaat het slachtofferschap al toe.

Wij mensen kunnen op elk moment van de dag stappen zetten ons leven te verbeteren zonder welke oorzaak dan ook te kennen. Één enkele gedachte kiezen die al iets beter aanvoelt dan de vorige kan al een wereld van verschil maken.

Bewaard onder Mening, Oplossingsgericht werken | 4 Comments

Tags: , , , ,

Hoe noemen we onze reis?

Geplaatst op 7 januari, 2013 

Onderstaande blogpost schreef ik voor het codependentie netwerk.

Stel dat je een lange reis gaat maken, laten we zeggen een voettocht van Amsterdam helemaal naar Santiago de Compostella. Natuurlijk probeer je onderweg zoveel mogelijk te genieten van de reis zelf maar terwijl je onderweg bent, denk je dan vaker aan Santiago de Compostella of aan Amsterdam? Als je met anderen over je reis praat, heb je het dan over je reis maar Santiago de Compostella of over je reis vanuit Amsterdam?

Woordkeuze is belangrijk. In het geval van een reis als die naar Santiago de Compestella, maakt iedereen automatisch de best klinkende, meest inspirerende en fijnst aanvoelende keuze: de reis naar Santiago de Compostella in plaats van de reis vanuit Amsterdam.

De blogpost ‘Van Codependentie naar Interdependentie’ van Jolande Rommens, herinnerde me eraan dat wij, leden van het codependentie netwerk, ook een reis maken. En hoe noemen wij onze reis, hoe noemen wij het netwerk waar we over onze reis delen? Juist: het codependentie netwerk. Waarom noemen we het geen interdependentie netwerk? Waarom herinneren we ons steeds weer opnieuw aan waar we vandaan komen in plaats van aan waar we heen willen?

What’s in a name zou je kunnen zeggen, het is maar een woord. Onderschat niet wat woorden met je kunnen doen. Ik schreef er eens een blog over: Word Power, over de kracht van woorden. Kijk maar eens naar de twee woordwolken in die blogpost en voel wat ze met je doen. Welke woordwolk voedt? Welke vergiftigt? Voel je het verschil?

Een tijdje geleden schreef ik de blogpost ‘Kun je teveel in je codependency verhaal zitten?’. Ik zou als aanvulling op mijn antwoord toen het volgende willen toevoegen: als je het over je reisverhaal hebt en je hebt het steeds over je codependency verhaal, dan vertel je jezelf het herhaal over waar je niet wilt zijn.  Heb je het over je verhaal in de zin van je interdependentie verhaal, dan vertel je jezelf een verhaal over waar je wel wilt zijn.

Een tegenwerping zou kunnen zijn dat het toch echt wel nodig is te weten wat het probleem is, dat daar een naam voor bestaat, hoe het ontstaat en wat de symptomen zijn. Ook dat is twijfelachtig. Brief therapy, later verworden tot de solution focussed approach heeft aangetoond dat bij complexe processen als veranderingen in ons gedrag en denken, onderzoek naar de oorzaken helemaal niet nodig is en dat werken vanuit het heden en de toekomst, waar je heen wilt, veel effectiever is.

Terug naar de vraag: hoe noemen we onze reis? Ik denk dat we onszelf een enorme dienst bewijzen als we dit netwerk omdopen in het ‘Interdependentie netwerk’ en dat we het vaker over interdependentie hebben en minder over codependentie. Laten we zeggen: een verhouding van 90% tegen 10%.

Bewaard onder Codependency, Oplossingsgericht werken | 10 Comments

Tags: , , ,

Het werkt als je weet dat je niet alles weet

Geplaatst op 22 maart, 2010 

Wat een plezier heb ik te weten dat ik niet alles weet.

Een prachtig voorbeeld daarvan is het gesprek dat Michael Minneboo, Jooper en ik vorige week hadden over luisteren naar je partner. Geen van drieën had alle antwoorden of wist precies hoe je naar je partner moet luisteren. We hadden wel zo onze eigen ervaringen en door daarover uit te wisselen hadden we niet alleen een leuk gesprek (ja, we hebben ook gelachen), maar hebben we ook van elkaar geleerd.

En na dat gesprek hadden we nog steeds niet alle antwoorden. Ik besloot er een blogje over te schrijven en guess what? De blog trok een heleboel reacties aan van ervaringsdeskundigen, mannen en vrouwen, die ieder hun eigen inzichten en ervaringen deelden over het onderwerp. Van het resultaat zou ik zo een korte handleiding kunnen schrijven of een e-book.

Het grote voordeel van weten dat je niet alles weet, is dat het drempelverlagend werkt om erover te schrijven of anderen om hun input te vragen, het is veel productiever. En het grote voordeel daarvan is weer dat het resultaat (ik schrijf hier resultaat in plaats van eindresultaat omdat het resultaat van zo’n proces nooit ten einde is) zo enorm rijk en gekleurd is en dat het zo snel tot stand komt.

Als ik dat vergelijk met hoe er in veel bedrijven nog gewerkt wordt (eerst alles onderzoeken, analyseren  en rapporteren, daarna uitgebreid vergaderen over het rapport en pas daarna en veel later een slap aftreksel van het oorspronkelijke idee ten uitvoer brengen), dan denk ik: WOW, wat gaan de dingen toch veel sneller en veel leuker als je begint te roeien met de riemen die je al hebt, dat wat je wel weet, ook al is het nog zo weinig.

Weten dat je niet alles weet is echt een zegen. Hoe meer je denkt te weten, hoe langzamer het leer- en groeiproces zich ontwikkelt. Dat is ook één van de redenen waarom jonge kinderen zo snel nieuwe dingen leren.

Ik ben blij met wat ik weet maar nog blijer dat ik weet dat ik niet alles weet. Door te weten dat ik niet alles weet houdt het reptielenbrein zich ook eerder koest.

Iedereen die heeft bijgedragen aan het artikel ‘Hoe luister jij naar je partner?’ : dank jullie wel.

Lees over het reptielenbrein ook:

 

Bewaard onder Mening, Ondernemen, Oplossingsgericht werken | Reageer

Tags: , ,

Vraag en antwoord: twijfelen of je het wel kan ondernemen

Geplaatst op 12 februari, 2010 

In de serie ‘Vraag en antwoord’ het lezersprobleem:

Twijfelen of je het wel kan ondernemen

Nou beste lezer, je intuïtie heeft je naar het juiste adres gebracht want je bent hier bij de koning van de twijfel. Of toch niet? Of wel? Of toch niet? Of wel?

Twijfel kan heel gezond zijn. Zo wilde ik eergisteren op bezoek gaan bij iemand die ik graag wilde zien. Alleen helaas pindakaas: het sneeuwde. Het sneeuwde zachtjes maar net genoeg om mijn reisplannen in twijfel te trekken: zal ik nou wel of niet de weg op gaan? Mijn twijfel was voldoende om op Internet informatie in te winnen over de weersverwachtingen voor die dag en de verkeerssituatie en ik nam de beslissing thuis te blijven.  Twijfel kan een gezonde prikkel zijn om een aantal zaken even op een rijtje te zetten en een beslissing te nemen of te herzien.

De andere kant van de twijfel is obsessief twijfelen, vastzitten in een vicieuze cirkel van twijfel.  In dat geval saboteert de twijfel het nemen van een beslissing en het ondernemen van actie. Ik heb met dit soort twijfel geworsteld (of anders gezegd: dit soort twijfel worstelde met mij) over de vraag ik wel of geen vader wilde worden. En ik kan je vertellen: je wordt doodmoe van dat geworstel. Ik schreef hierover in ‘Wezenlijke keuzes maken‘.

Seth Godin heeft het over de ‘lizard brain‘, het gedeelte van de hersenen dat ons saboteert. Ik vond hierover de volgende video van Seth Godin:

Seth Godin: Quieting the Lizard Brain from 99U on Vimeo.

Een manier om de lizard brain te slim af te zijn, is hele kleine stapjes nemen zodat de ‘radar’ van de lizard brain deze niet opmerkt. Als de lizard brain merkt dat je een symfonie wilt componeren, dan komt het meteen in actie (dat kun je toch niet). Maar als je jezelf tot doel stelt om drie leuke akkoorden te spelen, dan is de kans dat de lizard brain in actie komt al veel kleiner. Oplossingsgericht werken kent hiervoor de methode van het weken met schaalvragen.

Mijn lizard brain vraagt zich af of dit nou wel zo’n goede blogpost is. Maar wat weet mijn lizard brain nou eigenlijk van bloggen af? Helemaal niks.

Bewaard onder Oplossingsgericht werken, Vraag en antwoord | 14 Comments

Tags: , , ,

De kracht van oplossingsgericht werken in beeld

Geplaatst op 2 juli, 2009 

Gisteren zag ik de film ‘Touching the Void’. Het waargebeurde verhaal van twee bergbeklimmers (Yates en Simpson) die in de problemen komen tijdens een gevaarlijke en moeilijke afdaling.

Simpson breekt zijn been en valt in een diepe gletsjerspleet. Yates is ervan overtuigd dat zijn vriend dood is en gaat alleen verder. Door een wonder overleeft Simpson zijn val en  moet alleen, met een gebroken been, zien te overleven. Zelfs al zou hij twee gezonde sterke benen hebben, dan nog zou hij niet uit de spleet omhoog kunnen klimmen. Hij besluit verder af te dalen in de spleet tot hij op een dunne ijslaag terecht komt waar hij voorzichtig overheen kan kruipen.

Al kruipende vind hij een uitgang uit de spleet. Maar hij is dan nog niet gered. Hij moet met een gebroken been en zonder water kilometers afleggen over het gletsjerijs vol gevaarlijke spleten en scheuren. Als hij de totale situatie overziet kan hij maar tot één conclusie komen: hij gaat dit niet overleven. Toch begint hij aan zijn tocht over de gletsjer. Kruipend en schuivend, zichzelf met zijn armen vooruit trekkend aan zijn ijshouweel.

Hij stelt zichzelf hele kleine realiseerbare doelen zoals: binnen 20 minuten wil ik bij die rots zijn. Als het hem dan lukt, is hij helemaal blij. Daarna stelt zij zichzelf weer een ander klein doel. Zo helpt hij zichzelf drie dagen lang vooruit. Door een onmogelijke taak op te splitsen in kleine realiseerbare doelen, en de successen te vieren, lukt het hem terug te keren naar het basiskamp.

Deze film deed me denken aan een aflevering uit de serie ‘Extreme Survival’ van Ray Mears op  Discovery channel. De aflevering ging over de psychologie van de survival. Ray Mears gaat in op een aantal verhalen van mensen die een extreme survival situatie hebben overleefd.

Wat maakt dat sommige mensen in extreme situaties overleven terwijl anderen sterven in situaties die ze hadden kunnen overleven? Het doet er niet toe hoe je lichaam functioneert, het is je geest die je in leven houdt. Hoe je mentaal met de situatie omgaat, is bepalend voor je overlevingskansen.

Mensen die met succes overleefden:

Deze manieren van werken, van omgaan met problemen, zijn prachtige voorbeelden van oplossingsgerichte strategieën. De mensen die met succes extreme situaties overleefden gingen oplossingsgericht te werk en redden daarmee hun leven. Dat dezen ze door een extreme situatie of een groot probleem op te delen in kleine stapjes en die stuk voor stuk op te lossen. Dat is de kracht van oplossingsgericht werken, in de film ‘Touching the Void’ en in de aflevering van ‘Extreme Survival’ in beeld gebracht.

Meer weten, check http://progressiegerichtwerken.nl/

 

Bewaard onder Films, Oplossingsgericht werken | 3 Comments

Tags: ,

Oplossingsgericht sturen en geweldloze communicatie

Geplaatst op 5 april, 2009 

Dit artikel is een bewerking van een comment dat ik eerder plaatste op het NOAM netwerk . Het betreft een reactie naar aanleiding van de publicatie ‘Oplossingsgerichte tool voor managers‘ van Coert Visser en Gwenda Schlundt Bodien op Managementsite. Als je niet bekend bent met de verschillende competenties van het oplossingsgericht werken lees dan het artikel van Coert en Gwenda.

Ik zit al een tijdje te broeden op ‘Geweldloze Communicatie’ en ‘Oplossingsgericht werken’: hoe en waar deze beide methoden elkaar kunnen aanvullen en ondersteunen.

Ik bemerk bij mezelf wat weerstand als het gaat over oplossingsgericht sturen. Ik heb meer ervaring met de firma ‘manipulatie, list & bedrog BV’ dan mij lief is en oplossingsgericht sturen is geloof ik niet echt mijn ding. De bottomline zoals ik die herken in het oplossingsgericht sturen is dat degene die gestuurd wordt wel gehoord wordt maar uiteindelijk wel datgene moet doen wat de leidinggevende wil. Dit klinkt voor mij niet als een win/win situatie. Nu zal heel leidinggevend Nederland zeggen dat dat nu eenmaal hoort bij leidinggeven en bij werken in een hiërarchie maar ik geloof daar niet meer zo in. Er is in de wereld veel aan het veranderen en ik denk dat er in toekomst geen functies meer nodig zijn met het woordje ‘leidinggevende’ of ‘manager’. Dit klinkt nu nog als een utopie maar de dingen gaan oh zo snel en steeds sneller.

Waar Geweldloze Communicatie in mijn beleving een prima rol kan spelen die tevens bijdraagt aan een win/win situatie is in het kwadrant van het oplossingsgericht sturen (zie het 4SFC model van Coert en Gwenda). In de  nieuwsbrief NVC Quick Connect (July 2008) staat een artikel van Marshall Rosenberg waarin hij op het niveau van een organisatie de volgende behoeften herkent:

Wat mij in het bijzonder intrigeert is een situatie waarbij tijdens een gesprek twee mensen voor een win/win situatie zorgen door te zoeken naar een oplossing die tegelijk bijdraagt aan de behoefte(n) van de organisatie en die van het individu. Hier kan geweldloze communicatie juist een zeer nuttig hulpmiddel zijn om te behoeften op te sporen, te herkennen en te erkennen en om een strategie, liefst meerdere, te bedenken voor het vervullen van de behoefte(n) van de organisatie en het individu. Bij het bedenken van deze strategieën kan  oplossingsgericht werken weer zeer nuttig zijn omdat het gaat om het verkennen van eerdere successen. Samen sturen ipv dat de ene de andere stuurt.

In de argumentatie over oplossingsgericht sturen wordt wel gezegd dat dit middel alleen wordt ingezet bij ernstige situaties. Ik ben er niet zeker van dat dit ook zo is. In de literatuur vind ik regelmatig voorbeelden terug van de inzet van oplossingsgericht sturen als een medewerker een nieuwe procedure moet gaan volgen.

“Bridging the human and organizational needs can lead to organizations that are more alive and in alignment with the universal life energy in all of us and the world around us.” . Schrijft Rosenberg en ik ben het daarin met hem eens.

Bewaard onder Communicatie, Oplossingsgericht werken | 2 Comments

Tags: , ,

De 5% truc

Geplaatst op 16 maart, 2009 

In ‘Veranderen: zet kleine stapjes‘ schreef ik over het zetten van kleine stapjes bij veranderingen en waarom deze vaak effectiever zijn dan grote stappen willen zetten.

Via Twitter kreeg ik van Jan Nouwen een bijzonder nuttige tip: de 5% truc van Nathaniel Branden als hulpmiddel om kleine veranderstapjes te zetten:

Een stapje van 5% is klein en onschuldig genoeg om te voorkomen dat de verandering door angst of uitstelgedrag om zeep wordt geholpen. En als je regelmatig kleine 5% stapjes zet, dan vormen al die stapjes samen na verloop van tijd toch een grote verandering.

Bewaard onder Oplossingsgericht werken | 5 Comments

Tags: ,

Volgende pagina →